Tot de jaren 1990 was er weinig belangstelling voor de geschiedenis van de Belgische vloer- en wandtegel. Vonden wij onze tegels te gewoon? Terwijl er in Nederland en Duitsland honderden tegelverzamelaars zijn, ging het in België tot voor kort om slechts enkele mensen. Daarin komt stilaan verandering. De jaar na jaar groeiende belangstelling voor de Gilliotdag op de derde zondag van juni, in het Gilliot & Roelants Tegelmuseum in Hemiksem, maakt dat duidelijk, net als het succes van recente tentoonstellingen met Belgische tegels opgezet in Boizenburg bij Hamburg, in Gent en Andenne. In het Gentse MIAT kreeg de tentoonstelling in 2012-2013 liefst 18.000 bezoekers, een enorm succes.
Die groeiende belangstelling voor een lang verwaarloosd bouwmateriaal is belangrijk voor de kennis over een bijzonder Belgisch product dat nog steeds over heel de wereld verspreid is. In de negentiende en twintigste eeuw was België namelijk zeer lang een toonaangevend productiecentrum van keramiektegels. Belgische tegelbedrijven hadden naam en faam tot ver in het buitenland. Bedrijven als Gilliot & Cie, Boch Frères uit La Louvière en het Maison Helman uit Brussel waren internationaal toonaangevend en exporteerden jaar na jaar enorme hoeveelheden. Het grote succes van de Belgische vloer- en wandtegel was te danken aan de gunstige prijs-kwaliteit-verhouding en de grote esthetische kwaliteit van vooral de prachtige realisaties in art nouveau, van ingenieuze geometrische patronen en sierlijke bloemen tot verfijnde, kleurrijke tegeltableaus. Via de collectie Roberto Pozzo kunnen we ons daar nu eindelijk een goed beeld van vormen.