Wanneer de Joods-Duitse schilder Felix Nussbaum (1904-1944) weer eens op het kussen ging staan, om wat groter te lijken, was dat om te verkondigen dat je niet met ideeën, maar met kleur schildert. Was Nussbaum niet groot, hij was in het interbellum in elk geval een grote naam. Na de Tweede Wereldoorlog leken zijn schildersroem en zijn hele bestaan echter vergeten, wat er ons aan herinnert “hoe hard Hitler kon gommen”. In Orgelman. Felix Nussbaum. Een schildersleven (2014) maakt Mark Schaevers zijn leven opnieuw zichtbaar. Met veel zorg, hij won er de Gouden Boekenuil 2015 mee, schrijft hij stukjes rond elk teruggevonden spoor. Niet alleen de cruciale brief die leidde naar het schuiladres van Nussbaums schilderijen op de Brugmannlaan in Ukkel, maar evengoed doorhalingen op toeristenvisums van Felix Nussbaum en zijn Poolse vrouw, de schilderes Felka Platek, en zelfs herinneringen aan niet langer bestaande schilderijen.
In Nussbaums geboortestad Osnabrück toont het Felix-Nussbaum-Haus vandaag tweehonderd werken. Dit ‘museum zonder uitgang’ was in 1998 het eerste bouwwerk van de Amerikaanse architect Daniel Libeskind (1946), zelf kind van twee Holocaustoverlevenden. Via www.felix nussbaum.de/werkverzeichnis kan u op zoek naar aanwijzingen op nog heel wat andere werken, want Schaevers heeft je intussen leren kijken. Naar Nussbaums vooroorlogse komische figuurtjes achter prikkeldraad, of naar de tekens van zijn eigen ondergang op zijn grote, Brusselse oorlogsdoek Triomf van de dood.
In oktober 1932 mogen de Nussbaums dankzij zijn Staatsprijs van de Pruisische academie naar Rome. Nussbaum werkt er in een atelier naast dat van Arno Breker. Schaevers volgt hun zo uiteenlopende lotsbestemmingen: Breker wordt Hitlers hofkunstenaar, de Nussbaums zullen Berlijn niet meer terugzien. Als ballingen belanden ze eerst in Oostende, dat in schildersogen, zo merkt Schaevers fijn op, Rome kan overtroeven. Hij maakt ons getuige van Nussbaums eerste ontmoeting met James Ensor, vanachter zijn zelfgetekend masker tijdens een carnavalswedstrijd.