Grafische vormgeving is een zeer ruim begrip. Grafische en visuele ontwerpers houden zich onder andere bezig met affiches, drukwerk, tentoonstellingsstanden, signalisatie, pictogrammen maar ook met tv-generieken, allerhande verpakkingen, en niet te vergeten de huisstijl binnen de "corporate identity". Niet alleen de zakenwereld, maar ook de culturele instellingen zijn zich in vormgeving gaan interesseren. Een beetje theater of operahuis heeft tegenwoordig een huisstijl ter ondersteuning van het imago.
Grafische vormgevers: een vak apart
In de jaren vijftig was grafische vormgeving nauw gelieerd met de publiciteit. De eerste Belgische beroepsvereniging heette nogal pompeus "Chambre Beige des Artistes et Artisans Publicitaires". Een naam springt er toch wel uit in die periode en dat is die van Julian Key.
Nadien ontstaan er allerhande beroepsunies waarin de grafische ontwerpers meestal een minderheid vormen. Midden de jaren tachtig ontstaat "Grafische Vormgevers Vlaanderen". Dit is het resultaat van jarenlange pogingen om binnen Febelgra, de toen nog unitaire federatie van de grafische industrie, een volwaardige vertegenwoordiging te krijgen. In 1987 ziet de "beroepsvereniging Grafische Vormgevers v.z.w." (bGV) het levenslicht.
In een gesprek met voorzitter Frank Andries wordt dat niet ontkend. Het is bijvoorbeeld niet evident dat bedrijven of culturele instanties meteen naar een grafisch ontwerper toestappen. En in de verschillende managmentsopleidingen is er niet meteen zo iets als grafische vormgeving opgenomen. Zeker inzake het ontwikkelen van een huisstijl, maar ook voor kleinere opdrachten, is het belangrijk om de juiste man op de juiste plaats te ontmoeten: de contactpersoon die èn beslissingen kan nemen èn voeling heeft met vormgeving.
Frank Andries: "Als een bedrijf wil dat er kwaliteit afgeleverd wordt dan moet het openstaan voor die creatieve dialoog. Het is mijn ervaring dat hoe meer deuren je moet passeren, hoe groter de creatieve vervlakking binnen een opdracht wordt. Ik zou er zelfs voor pleiten om bijvoorbeeld, niet alleen in de opleiding van pr-mensen een deel vormgeving te integreren. Op die manier kan grafische vormgeving echt een deel worden van de bedrijfscultuur".
De bekendheid van het beroep bij het grote publiek, het bedrijfsleven en bij de overheid, is zoals gezegd nog niet voldoende uitgewerkt. Er bestaat ook geen eenduidige opleiding: vormgevers zijn ofwel creatief-esthetisch ofwel analytisch-technisch geschoold. Veel hangt van hen zelf af. Hoe ze zich profileren of ze minimale kennis hebben van marketing bepaalt in grote mate het verloop van hun carrière.
En zoals het ook in andere beroepen gaat is de herkenbaarheid ervan recht evenredig met de opleiding die er aan voorafgaat. Hoe minder die gestructureerd is, hoe minder de finaliteit van grafisch ontwerper als een "echt" vak beschouwd wordt.
De bGV groepeert niet alleen alle vormgevers, of ze nu een zelfstandige praktijk hebben dan wel in dienstverband werken, maar ook diegenen die een onderwijsopdracht hebben en de laatstejaars studenten kunstonderwijs. De bGV wil vooral de ontwikkeling van het vak en een professionele uitoefening ervan, ondersteunen en promoten. Met die opdracht is het dus geen soort orde maar een echte beroepsvereniging. Heel recent nog bracht de vereniging een brochure uit inzake ontwerpwedstrijden met een aantal praktische richtlijnen. Die is zowel bedoeld voor de deelnemers als voor de organisatoren van dergelijke wedstrijden.
Het document in kwestie is duidelijk een middel om het beroep beter bekend te maken bij private en openbare opdrachtgevers. Opdrachten worden daarin teruggebracht in de algemene context van de grafische vormgeving. Die is een wezenlijk onderdeel van een communicatiestrategie, wat inhoudt dat zowel de voorafgaande briefing, de jurering als de gehele opvolging duidelijk moeten aangegeven worden. Maar ook buiten dergelijke wedstrijden heeft het vak nood aan continue bijscholing en informatie. De bGV kwijt zich onder andere van deze taak door de uitgave van een driemaandelijks vak-infodossier (uitsluitend voor de leden). leder jaar worden vormgevers, vormnemers en zij die zich aan plagiaat durven wagen, bekroond met een bGV-prijs.
De vereniging staat ook in voor de promotie van het vak, door interne en externe informatieverstrekking en de vertegenwoordiging op binnen- en buitenlandse manifestaties.
Andries: "We willen vormgeven met visie. Er zit in onze hele omkadering van het beroep wel degelijk een soort strategie. Wat is grafische vormgeving? Welk rendement kan ze voor een bepaald bedrijf of instelling genereren? Hoe werk je met grafische vormgevers? Naarmate we die vragen beter beantwoorden, wordt het vak ook aantrekkelijker. We moeten niet bang zijn om met potentiële opdrachtgevers te spreken in termen van marketing, in de zin van return on investment. Maar anderzijds blijven we creatieven, we zijn geen accountants. We werken aan en in de communicatie maar met een persoonlijke en uitgekiende vormentaal. Dat is een stapje verder dan de reclamewereld want er is een langere termijn inbreng. Uiteindelijk heeft de grafische ontwerper een maatschappelijke en culturele verantwoordelijkheid. Zo situeert hij zich dan in de buurt van het auteursdesign en de kunst".