Frank Decq werd geboren in Blankenberge in 1959. Hij studeerde aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Gent in de klas van Enk de Kramer. Hij behoort daarmee tot de generatie grafici die zich afzetten tegen de opvatting van grafiek als reproduktie­kunst. iedere grafisch werk (ets, litho, ... ) wordt beschouwd als een zelfstandig kunstwerk.

Dit vertaalt zich in een zeer intensief bewerken van de drukplaat waarbij verschillen­de grafische procédés door mekaar worden gebruikt en ook "vreemde" materialen op de plaat zijn aangebracht. De aandacht en zorg besteed aan het papier en het afdruk­ken zelf zijn uiterst groot.

De oplage wordt zeer klein gehouden. Oplagen van 2 à 3 exemplaren, die dan nog onderling verschillen, zijn geen zeldzaamheid. Soms houdt de kunstenaar het bij één afdruk. Voor Frank Decq is een oplage van 15 exemplaren, zoals gevraagd door Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen, de limiet. 

Dit jaar won hij de Provinciale Prijs voor Grafiek van de Provincie Oost-Vlaanderen. Van 5 tot 30 oktober van dit jaar stelt hij tentoon in de V.U.B. Gallery, Brussel. 

Frank Decq

Frank Decq

De houding van Frank Decq tegenover de etsplaats is dubbel en zelfs dubbelzinnig, maar daarom juist zeer zinnig. Een dergelijke orakeltaal vraagt om enige toelichting, niet teveel want de spreekwijzen van Delphi gedijen beter in enige duisternis. 

Frank Decq - zijn voornaam moet er gestaag bij om niet te verwarren met zijn broer Bart die naam maakt als beeldhouwer - neemt het etsen ernstig. Daarmee bedoel ik dat hij het procédé niet gebruikt als wat Walter Benjamin de "technische reproduceerbaarheid'' noemt. De ets wordt daarentegen gebruikt voor haar specificiteit. 

Elk medium heeft zijn eigen mogelijkheden en beperkingen, samen met de eraan verbonden techniek. Binnen de grafische kunsten wordt de ets hoog gewaardeerd wegens haar nuanceringsmogelijkheid. 
De ets, in tegenstelling tot de lithografie bijvoorbeeld, is nooit de techniek van de grote veelheid (de affiche) geweest, maar de vermeerdering van de tekening, exemplaar per exemplaar. Vandaar ook het belang van de nummering omdat de sleet van de plaat de scherpte van de lijn vervaagt. Frank Decq komt niet voor niets uit de school van Enk De Kramer, de Gentse meester-etser die de etsplaat en het toebehoren op gelijke hoogte bracht als potlood en penseel.

Ook Frank Decq beoefent met een gelijkaardige zuinige liefde de etskunst: één goede druk loont de moeite. Een tweede vertoont al vlug een variant. Wordt het toch een reeks dan blijft ze zeer beperkt zoals nu voor Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen. Tot hier het eerste element uit het orakel. 

Grafici zijn echter vaak te ernstig. Hun techniek en de perfectionering ervan is dikwijls hun enige waarheid. Dit ten koste van de beeldend opgewekte wereld die soms saai is en weinig vernieuwend. Frank Decq ontsnapt hieraan doordat zijn hoger aangehaalde ernst moet gesitueerd worden ten aanzien van het medium en niet tegenover de techniek en de eraan verbonden traditionele knepen. Om te komen tot een plastisch sterk werk lacht hij met de regels van de etskunst, die hij overigens zeer goed beheerst, zodat zijn lach geestelijk gezonde zelfironie wordt. Dit doorbreken van het conforme betracht hij door als tegengewicht van de gravure-experimenten externe elementen aan te brengen onder de vorm van collages, maar ook soms metalen bestanddelen en nu en dan wordt er ook rechtstreeks aan verder geschilderd.  De lach en de ernst niet als dag- en nachtpolen beschouwen, waarbij de aanwezigheid van de ene de afwezigheid van de andere impliceert, maar gezien als twee wapenbroeders tegen het dogmatiseren, lijkt me een stevige basis voor het uitbouwen van een oeuvre. 

Frank Decq creëert aldus werken waarin enerzijds een grote aandacht besteed wordt aan het construeren van een krachtige ruimteverdeling vol soberheid met minimale aanduidingen: stippen, vage lijnen, al eens een wenkend object zoals een tafel of stoel, die precies symbolen van de fundamentele behoeften zijn en eenvoudig lineair kunnen weergegeven worden. 

In dit sober niet spannings­loze kader brengt hij tevens tekens aan van de exuberantie: visjes, boompjes en andere attributen van de vruchtbaarheid. Om de betekenis hiervan te begrijpen moet men niet het blad van Openbaar Kunstbezit lezen, maar raadpleegt men beter een van de vele psychoanalytische symboolwoordenboeken. Als estheet verkneukel ik me in de vrolijke lichtvoetigheid van zijn vormspel. als las ik een sprookje van Roodkapje. 

Frank Decq, Ets, 1994

Frank Decq, Ets, 1994 

Frank Decq: Ets,1994

Een oplage van 15 etsen, bij iedere druk werd de plaat bewerkt zodat iedere ets als een origineel kunstwerk kan worden beschouwd. 

De drukplaat werd geëtst met droge naald en door inbijting; op sommige plaatsen is polyester en plumex aangebracht. Plumex is een korrelige substantie die bijvoorbeeld ook terug te vinden is op waterproof schuurpapier. Deze materialen laten op papier een specifieke afdruk na. De plumex geeft door de korreligheid een duidelijk inktophoping en in de afdruk van de polyesterpartijen blijven de borstelstreken zichtbaar. De etsen van Frank Decq verkrijgen daardoor een zeer grote materialiteit. Op de plaat werden bovendien tekeningen in wasco (vetkrijt) aangebracht en rechtstreeks op het papier afgedrukt. 

Voor de ganse oplage werd één en dezelfde plaat gebruikt. Maar na iedere afdruk, bracht Frank Decq wijzigingen aan op de plaat. Op die manier ontstonden 15 originele kunstwerken vanuit één moederplaat. Frank Decq drukt op eigen pers. 

Technisch

  • formaat blad: 76 x 54 cm
  • formaat ets: 34 x 33 cm papier. Zerkall, 350 gr. 
  • ets: lijnets, droge naald, inbijting, polyester en plumex
  • inkleuring: wasco op de plaat
  • oplage: 15 exemplaren 

Download hier de pdf

Frank Decq.pdf