In 1997 is het precies honderd jaar geleden dat de eerste "Koloniale Tentoonstelling" georganiseerd werd in Tervuren, en dit in het kader van de Wereldtentoonstelling van 1897 te Brussel. Hiervoor werd het Koloniënpaleis gebouwd, de Tervurenlaan aangelegd en kwam er ook de tramverbinding Brussel-Tervuren.
Een jaar later, in 1898, kreeg de tijdelijke tentoonstelling door haar overdonderend succes een permanent karakter. Koning Leopold II besliste immers om van het Koloniënpaleis een Kongomuseum te maken met een museale en wetenschappelijke opdracht.
In het kader van die herdenking worden in 1997-1998 dan ook heel wat activiteiten georganiseerd.
Een eerste luik omvat vier tentoonstellingen. Hier is de filosofie dubbel: terugblikken op het verleden met de tentoonstelling Met de tram naar Kongo, maar tegelijkertijd de visie naar de toekomst verduidelijken. Het Koninklijk Museum voor Midden Afrika wil zijn grenzen verder opentrekken; met de tentoonstelling over Zimbabwe naar het Zuiden toe, met Magisch Marokko naar het noorden, en met Het tweede gezicht (West-Afrikaanse maskers) naar het westen.
Ook het museum zelf wordt niet vergeten, de permanente collectie wordt opgefrist. In de marge van de tentoonstelling is er een tweede luik met allerlei randactiviteiten.