De datering van dit genretafereeltje kan geen bijzonder moeilijk probleem opleveren. De zorgvuldig uitgebalanceerde compositie, de niet verborgen zin voor de weergave der stoffelijkheid en niet in het minst de grijsbruine tonaliteit zijn stijlkenmerken, die men aantreft in de werken die David Teniers de Jonge omstreeks 1645 uitvoerde.
1645: Teniers is in de bloei van zijn leven en bij het begin van het schitterendste gedeelte van zijn schildersloopbaan. Omstreeks die tijd heeft de meester een voordien evenmin als later geëvenaarde virtuositeit bereikt in het schilderen van uitbeeldingen van taferelen uit het volksleven. Breed geborstelde Boerenkermissen zowel als binnenhuisscènes met een meer intiem karakter, waarvan deze Dorpsdokter een zeer mooi voorbeeld is, verlaten rond dat jaar in groten getalle zijn atelier. Een groeiende bekendheid dringt stilaan ook buiten de grenzen van de Spaanse Nederlanden door, dank zij vooral de goed georganiseerde Antwerpse kunsthandel uit die dagen, die haar in belangrijke mate bevorderd heeft.
Zo bereikt de faam van Teniers' oeuvre Parijs, Den Haag en Madrid. Het duurt niet lang of zijn schilderijen worden modevoorwerpen voor alle pedante verzamelaars in Europa. De uitlating van de zeventiende-eeuwse kunstenaarsbiograaf Cornelis de Bie over de afzonderlijke galerij die koning Filips IV van Spanje zou laten bouwen hebben voor de schilderijen van Teniers die hij in zijn bezit had, moge wellicht beschouwd worden als een dichterlijke vrijheid in een van bombastische retoriek tuitend lofpoëem, toch werpt zij op de betekenis, die de meester en zijn oeuvre werd toegemeten, een hel licht.
Zij heeft zich vlug gevestigd, die faam. Oudste zoon van een door schulden verarmde vader, de weinig belangrijke schilder van religieuze composities en allegorische taferelen, David Teniers de Oude, werkt hij aanvankelijk met deze laatste samen in diens atelier, tot hij in 1633 met het meesterschap in het Sint-Lucas-gilde meteen zijn artistieke zelfstandigheid verwerft. In 1637 treedt hij in het huwelijk met Anna Brueghel, de vermogende dochter van Jan I Brueghel de Fluwelen, zoon van de geniale Pieter de Oude. Belangrijke bestellingen vanwege stadsmagistraat en hovelingen lieten niet op zich wachten en hebben ongetwijfeld zijn vooraanstaande sociale positie in de eerste jaren na zijn huwelijk helpen bewerkstelligen.