Vorig jaar kon ter verrijking van ons nationaal patrimonium in de kunsthandel te New York een laatgotische kelk met pateen gekocht worden, die vele jaren geleden eigendom was van een Frans verzamelaar. Naar vorm en versiering is het een pronkstuk, de moeite waard om nader bekeken te worden.
Een miskelk is uiteraard een liturgisch gebruiksvoorwerp en wordt in de H. Kerk samen met ciborie en monstrans gerekend tot de H. Vaten. Deze voorwerpen worden gebruikt bij de eucharistische eredienst. Wil men de vorm van een miskelk juist beoordelen dan is het nodig te weten waartoe hij dient en hoe hij gebruikt wordt. Tijdens de H .Mis wordt de kelk midden op het altaar geplaatst, onder de offerande wordt er wijn ingegoten samen met een paar druppels water, door de woorden van de priester geconsacreerd tot het H. Bloed van Christus. Tijdens deze consecratie ook toont de priester de kelk hoog opgeheven aan de gemeente (elevatio). Tenslotte zal de priester het H. Bloed nuttigen bij de Communie.
De bij deze sacrale handelingen te gebruiken drinkkelk moet voldoen aan een aantal vereisten : de eigenlijke kelk of kom waarin de wijn, later het H. Bloed komt, zal bij voorkeur uit edel materiaal vervaardigd zijn, zoals trouwens ook de kerkelijke wetten het voorschrijven, en de priester moet de inhoud er van gemakkelijk en volledig kunnen nuttigen ; een breed standvlak zal omstoten moeten voorkomen ; bij de opheffing moet de kelk gemakkelijk en veilig met beide handen kunnen vastgehouden worden. Hieruit volgt dat de miskelk uit drie onderdelen zal bestaan : de eigenlijke bij voorkeur brede kom (cuppa) op een breed standvlak en daartussen een derde element, om het opnemen en tonen met de nodige omzichtigheid en gewenste plechtigheid te verzekeren, de knoop, die gemakkelijk met de linkerhand kan gevat worden.