In het kader van Europalia-Europa en geïnspireerd door het enorme succes van de Fabergé-tentoonstelling twee jaar geleden, pakt de ING-bank opnieuw uit een expositie van 'kostbaarheden'. Schitterend Europa verzamelt vorstelijke juwelen en portretten waarop te zien is hoe belangrijk die kleinoden waren in de verschijning van de machthebber.
Schitterend Europa - Juwelen, onmisbaar bij de vorstelijke verschijning
Meer kroon dan scepter
Met Schitterend Europa vond ING-bank een onderwerp in de geest van het Europaliathema Europa, het continent dat steeds meer naar eenheid groeit. Vroeger probeerden monarchen, oorlog buiten beschouwing gelaten, meer invloed te krijgen op het politiek toneel, bijvoorbeeld door zowel hun eigen onderdanen als de buitenlandse gezanten te overbluffen met hun rijkdom. Ze bouwden paleizen, verzamelden kunst, hielden een luxueuze hofhouding, gaven feesten ... en droegen een schat aan juwelen. De huwelijkspolitiek speelde een belangrijke rol. Bij een vredesverdrag werd bijna steeds tot een huwelijk besloten tussen kinderen van de moe gestreden vorsten. Prinsen en prinsessen waren niet meer dan diplomatieke pasmunt, soms gegijzeld in een vijandige omgeving. Bij de onderhandelingen daartoe werden onvoorstelbare rijkdommen aan sieraden uitgewisseld, en portretten, want de verloofden kenden mekaar van haar noch pluim.
Het begrip 'vorstelijke juwelen' brengt meteen de regalia voor het oog: de officiële kroon, scepter en rijksappel van de vorst. Maar daar gaat het niet om, en bovendien zijn deze kostbaarheden, zelfs van uitgerangeerde koningshuizen, nooit uitleenbaar, tenzij de inderhaast vervaardigde ersatzregalia die bij een koninklijke begrafenis op de lijkwagen werden meegevoerd ... Dus toont de expositie schitterende sieraden die ooit de uitzonderlijke status aangaven van een vorstin of prinses, of iemand uit de nabije entourage. En vergis je niet, ook de heren van hoge adel pronkten tot het einde van de achttiende eeuw met peperdure sieraden.
De eerste diamanten
De tentoonstelling strekt zich uit over elfhonderd jaar: tussen Karel de Grote, vaak gezien als de 'eerste Europeaan' in de geschiedenis, en het interbellum, als heel wat oude vorstenhuizen hun politieke macht reeds verloren hebben of snel zien slinken. Het hoeft geen betoog dat Schitterend Europa vooral in de eerste eeuwen grote tijdssprongen maakt. Immers, hoe verder terug in de geschiedenis, hoe zeldzamer en brozer de kostbaarheden zijn, hoe moeilijker ook om ze voor een expositie uit te lenen.
De vroegste sieraden tonen een sterke verweving van wereldlijke macht en godsdienst, trouwens, nog veel later werden overal in Europa koningen en keizers door een bisschop of zelfs door de paus gezalfd. Maar in de middeleeuwen is die band sterker: de kronen waren bestemd voor de vorst of voor een heiligenbeeld, en soms waren er relikwieën in verborgen. In de vijftiende eeuw gaf het weelderig hof van de Boergondische hertogen het voorbeeld, en tegelijk kwam de bewerking van diamant, de meest gegeerde maar moeilijkste edelsteen, tot een zekere ontwikkeling. De edelstenen kregen bovendien een talismanfunctie mee die eeuwenlang zou standhouden. Vooral vanaf de zestiende eeuw, als de overzeese rijkdommen Europa overspoelen en het facetslijpen van edelstenen courant wordt, is een merkwaardige evolutie in het juweel vast te stellen. Gelukkig is er vanaf die tijd heel wat bewaard, zodat de expositie tegelijk een geschiedenis van het pronkjuweel kan vertellen.
De garnituur van de heren
Wat voor juwelen droegen de VIPs zoal ? Heel wat colliers, haar- en hoedjuwelen of aigrettes, armbanden, broches, ringen, die natuurlijk in de loop der tijden er anders gingen uitzien en andere accenten legden. Het maniërisme van de zestiende eeuw zorgt voor virtuoze gouden kleinoden met diverse edelstenen en figuurtjes in email, en het Spaanse hof dicteert de mode. Vanaf de zeventiende eeuw verwerkt men vooral diamanten in sieraden van een internationale stijl, want de ontwerpen van enkele uitstekende designers verspreidden zich over heel Europa. Aan het hof van Versailles draagt Lodewijk XIV een ware overdaad aan diamanten over het gehele kostuum, en andere vorsten proberen hem na te doen, nog de gehele achttiende eeuw door. Zo ontstaat voor de heren de 'Garnitur', een set die zowel knopen voor het hemd, het vest en de rok kon inhouden, plus een hoedjuweel, een epaulet, schoen- en beengespen, een degen en een wandelstok; en natuurlijk de insignes van de hoge ridderorden als die van de Kousenband of het Gulden Vlies, die met de kostbaarste edelstenen werden getooid.
Als dan beeltenissen van de vorst werden rondgestuurd naar de uithoeken van het rijk en naar bevriende 'collega's', toonden die uiteraard de geportretteerde in al zijn of haar glorie, behangen met de duurste sieraden, die de rijkdom, zeg maar de macht, uitstraalden. Na de Franse Revolutie herstelde keizer Napoleon I al gauw de perceptie van onschatbare rijkdom eigen aan een vorstenhuis. In het empire was de diadeem bijzonder geliefd, en is dat nog steeds: op luisterrijke ontvangsten en andere festiviteiten ziet men nu nog vorstinnen en prinsessen stralen met die haartooi.
Het boeiende aan die expositie ligt natuurlijk ook in la petite histoire, of hoe vorsten met die sieraden omgingen: de tooi-manie van Elisabeth I van Engeland, de beroemde Garniturcollectie van August de Sterke van Polen, de verzameling snuifdozen van Frederik de Grote van Pruisen, hoe keizerin Eugénie Frankrijk ontvluchtte met heel wat juwelen, de diadeem-concurrentie bij de vorstelijke dames rond 1900... Die anekdotiek wordt niet expliciet uit de doeken gedaan, maar de aandachtige toeschouwer kan ze tussen de regels lezen. Ook de dierensymboliek in de renaissancehangers is een verrijkend element in deze al bijzonder kostbare tentoonstelling, verzameld uit de schatkamers van musea van heel Europa, prinselijke fondsen, privé-collecties tot in Japan.
Tentoonstelling
Schitterend Europa Vorstelijke pracht aan de Europese hoven. Nog tot 17 februari 2008. Open: van maandag tot zondag van 10 tot 18 uur, woensdag tot 21 uur. Gesloten: met Kerstmis en Nieuwjaar. ING-Cultuurcentrum, Kunstberg, Koningsplein 6, 1000 Brussel - Tel. 02 547 22 92. De Okv-Club bezoekt de tentoonstelling met gidsen op woensdag 23 januari om 20 uur.