Pieter jan Martyn speelde als kind in het atelier van zijn vader, de succesvolle schilder Hervé Martyn. Hij mocht er volop tekenen. Aan tekenmateriaal was er geen gebrek en het jongetje kon er ongebreideld zijn fantasie uitleven.
Pieter jan Martyn (°1986) verliet voor het vijfde middelbaar de Avelgemse scholen en ging op internaat in Sint-Lukas in Gent. Hij kreeg nieuwe vrienden en het weekend moest hij thuis, zonder hen, doorbrengen. Om de tijd te doden, begon hij te schilderen. Het werd na een tijd een lucratieve hobby. Hij schilderde filmstills en filmaffiches na en kon die in een of ander beginnend restaurant exposeren en verkopen. Het bracht genoeg op om opnieuw verf en doek te kopen. “Anderen hadden een vakantiejob, ik deed dat. Het was zeer commercieel werk.”
Na zijn humaniora studeerde Pieter jan Martyn toegepaste grafiek en vormgeving in het hoger kunstonderwijs. Hij moest een diploma met enige toekomst halen. Toen hij eenentwintig was schilderde hij een werk dat hij nog steeds bewaart. Het ziet er niet uit. “Het is geen goed werk,” zegt hij: “maar ik zag dat toen anders, het kwam los van de rest, er gaat een zekere spanning van uit, het lijkt onaf, het is nog in de schetsfase en toch is het beeld heel herkenbaar.” Het gaat om een still uit de film Control van Anton Corbijn over de band Joy Division en de figuur van leadzanger en songwriter Ian Curtis, die zich van het leven benam. “Het is een filmstill waarop ik het beeld compositorisch verschoven heb tot ik het beter vond en waarbij ik uiteindelijk heel erg ben afgeweken van het oorspronkelijke beeld. Ook al is het geen goed werk, het is wel het eerste waarvan ik vond dat het iets was dat ik niet had nageschilderd, maar dat iets van mezelf was.” Het is een schilderij dat gemaakt is met houtskool en acrylverf, materiaal dat toen ruim voorhanden was bij hem thuis.