Het begon allemaal in 1996. In dat jaar kregen Odette Peterink en Els Verstraete van schepen  Erik Antonis de opdracht om een educatief project uit te werken voor het basisonderwijs. De doelgroep was de zes­ tot twaalfjarigen. Er werd teruggegrepen naar de ervaring die ze beiden hadden opgedaan in het Paleis voor Schone Kunsten  in Brussel, het MuHKA en het KMSK. Tegelijkertijd werkten ze ook aan 'Kunst in Kaart', een educatief project voor het Openluchtmuseum Middelheim en het MuHKA . Zo ontstond MusejA! Het is een installatie bestaande uit een set van twaalf kastdozen. Deze staan opgesteld in een zaal van het museum.

De laden, klapwanden, deksels en doorkijkjes oefenen op kinderen een aantrekkingskracht uit en werken in op hun nieuwsgierigheid. In vijf tot zes van die dozen zitten opdrachten. Het thema van elke doos werd in nauw overleg met de museumstaf gekozen. Er is ook steevast een doos met een 'spelregelsspel': wat mag wel en wat niet in het museum. Mappen voor begeleiders zijn eveneens voorhanden. De groep, die uit maximum twaalf deelnemers bestaat, kan ook beroep doen op een educatief medewerker. Reservering is echter niet noodzakelijk, ook zonder kan iedere bezoeker op ontdekkingstocht.

Persoonlijk gezien  in het Rubenshuis: een tiental  oudere dames die met tegenzin het MuseJA!-spel moest overdragen aan een groepje kinderen! Nog andere activiteiten volgden. Zo werkten Odette en Els in het kader van het Van Dijck-jaar een aantal kinderateliers uit en waren ze in 1999 ook betrokken bij de opleiding van de Van Dijck-gidsen. Het ontlokte Joris Capenberghs, verantwoordelijke voor de publiekswer­king van Antwerpen Open tijdens het Van Dijck-jaar, de volgende opmer­king: 'MusejA! tovert de muffe, verstandelijke schatkamers die musea soms zijn om tot  heuse verbeeldingspaleizen.'

Heel belangrijk is het uitgangspunt dat kinderen beschouwd worden als volwaardige museumbezoekers. Dus worden er bij MuseJA! enkele vaste uitgangspunten gehanteerd:

De educatieve medewerker is geen studerende gids maar een bemiddelaar tussen kind en het object

De term 'educatieve medewerker' zegt al heel veel natuurlijk. Terwijl een gids iemand is die de weg wijst en dus per definitie niet bemiddelt. Hij spuwt kennis en de toehoorder noteert. Of verveelt zich... Want gezien het karakter van de meeste Antwerpse musea zijn de meeste rondlei­dingen veelal geschiedenislessen. En worden ze vaak als saai ervaren, hoezeer de gids ook zijn best doet.

Belangrijk is dus dat verhaal naar vandaag te transponeren, of op zijn minst een link naar het heden te leggen. Daar ligt de rol van de educatieve  medewerker. Hij of zij probeert te bemiddelen tussen het object en het kind. De bedoeling is niet dat het kind een standpunt gaat innemen tegenover het kunstwerk, maar wel dat het ermee in dialoog gaat. Dat zoiets niet altijd even evident gevonden wordt, getuigt de vraag die Dirk Pültau zich stelde in de Witte Raaf van maart 1998: 'Vanwaar dit commando dat het contact met kunst tot elke prijs moet worden gereali­seerd?'. Wat verder stelde Pültau ook nog:' Hoe komt het dat kwantum­mechanica probleemloos te moeilijk wordt geacht voor kinderen maar dat de inwijding in de kunsten gerekend wordt tot de intellectuele rechten van de mens?'

Mooie, open vragen. Maar onzin volgens Peterink en Verstraete. Volgens hen is alle kunst geschikt voor kinderen. Alle kunst wordt gemaakt voor een publiek en dat zijn kinderen per definitie ook. En hier komt weeral het woord 'bemiddelen' naar voor. Het kind moet geen standpunt innemen, er wordt net getoond dat er meerdere standpunten mogelijk zijn, meerdere aspecten ook. Maar die leer je alleen kennen door de dialoog met het werk aan te gaan.

Doe- Durf Denkdoos, MuseJA

Doe- Durf Denkdoos, Van Dyck, 1999

Het atelier grijpt plaats in het museum zelf, niet in een aparte ruimte

Het museumobject is het belangrijkste. Het echte werk, te zien aan de muur of in de zaal. Er wordt dus niets verteld over dingen die niet te zien zijn. Alleen op die manier is een dialoog mogelijk. Zo is een museum altijd een combinatie van een object en een verhaal. Welke van beide het sterkst is hangt van museum tot museum af. De rol van MuseJA! is net deze twee in evenwicht te brengen.
Voor zover dat mogelijk is proberen  Els en Odette ook betrokken te worden bij de opstelling van de museumzalen, want niet elke presentatie leent zich even goed. Mooi  is als de conservator kiest WAT er getoond wordt en er dan in samenspraak gezocht wordt naar een manier WAAROP. Deze manier van werken is echter eerder uitzondering dan regel, vaak ook omdat de vraag naar een educatief project meestal  komt nadat het museumconcept al gerealiseerd  is. Met alle gevolgen  en moei­lijkheden van dien natuurlijk.

Sinds 1999 wordt er ook samengewerkt met de vzw Prospekta (centrum voor kunstcommunicatie en culturele infobalie) voor de reserveringen en informatie omtrent de educatieve pakketten. Het Muhka zorgt dan weer voor de nodige steun bij de opleiding van de educatieve begelei­ders. Het aantal musea waar het MuseJA!-spel opgesteld staat is toege­nomen, evenals het aantal deelnemers.

Het gaat dus goed. Maar het kan nog veel beter. Dus ... Gaat heen en speel ze!

Praktisch

Download hier de pdf

MuseJA! en musea in Antwerpen.pdf