De Schelde is al eeuwenlang de economische levensader van Antwerpen. Het leven in en rond de stad ademt op het ritme van de stroom. Een waterloop die zo bepalend is voor het maatschappelijk bestel, bepaalt de identiteit van wie ermee verbonden is. De haven in daar wezenlijk deel van. De vitaliteit van die imponerende internationale vergaarbak, laat ook kunstenaars niet onberoerd. Als inspiratiebron verleidt de Schelde muzikanten, beeldhouwers, tekenaars en schilders tot een artistieke productie die het hart van het havenweefsel in zich meedraagt.
De negentiende-eeuwse kunstenaar Eugeen Van Mieghem was zo’n Scheldeadept. Geboren en getogen in het kloppend hart van de haven groeide hij op aan de Van Meterenkaai en op het Eilandje. Daar raakte de kunstenaar gebiologeerd door het harde leven aan de waterkant en de rauwe realiteit van de havenarbeid. Buildragers, zakkenmaaksters, schippers, kroegbazen en zuipschuiten vormden het vaste onderwerp van zijn werk. Antwerpen eerde, samen met de Van Mieghemstichting, de band tussen de schilder en zijn thuishaven met vijf levensgrote bronzen beelden op het Eilandje. Gebaseerd op zijn werk maakte de Nederlandse beeldhouwster Carla Kamphuis-Meijer Het Havenmeisje achter Hangar 26, Het Havenboefje op de Napoleonkaai, De Landverhuizer op het kruispunt van de Rijnkaai en de Amsterdamstraat, Augustine Pautre op de Entrepotkaai en Wiske op de Godefriduskaai.