Voor het kunstenaarsduo Robbert & Frank Frank & Robbert is kunst een vrijplaats voor magie en verwondering. Met hun veelzijdige kunstpraktijk bieden ze een referentiekader om zaken te delen en bespreekbaar te maken. Hun verhalende wereld nodigt uit tot een gesprek. Het kunstenaarsduo leidt me rond doorheen hun tentoonstelling in FRED&FERRY Gallery. De hechte vriendschap en het plezier waarmee ze dingen maken en benaderen, werken aanstekelijk.
Kunst als kapstok - Robbert & Frank Frank & Robbert
In de gang tonen jullie de abstractie van een tweeling in neonlicht. Aan de deur een heel en een gebroken ei in spiegelglas. Waarom tonen jullie al werk voor we de galerieruimte van FRED&FERRY betreden?
Robbert Goyvaerts: “Wij hebben er een handje van weg om ons werk te activeren en presenteren buiten een officiële kunstcontext. De gang is verduisterd, dus een ideale plek om het neonwerk te tonen. Het hangt hoog en je merkt het mogelijk pas op als je de tentoonstelling verlaat. Wij houden ervan om na te denken over het geheel, de scenografie en over hoe mensen de werken bekijken en ervaren.”
Frank Merkx: “Het ei en gebroken ei toont hoe iets een andere vorm krijgt en nooit hetzelfde blijft. Hetzelfde geldt voor het doorgeven van informatie. We hebben in de galerieruimte een muurtekening gemaakt van een wieg met een baby. Er hangt een mobile in de lucht met een zon, een maan en een ster terwijl het duo op de tekening ook een mobile vasthoudt maar die bevat geometrische figuren. Je ziet dat de informatie die ze doorgeven, verandert.”
Robbert: “Het openbreken van het ei symboliseert een begin en vormt een onderdeel van een cyclus. Verder fungeert het als doos van Pandora. Eenmaal het ei openbreekt, is er geen weg terug.”
Spiegelen, verdubbelen en ontdubbelen vormen een rode draad doorheen de tentoonstelling met als titel ‘Magic Mirrors’. Vanwaar komt die fascinatie?
Robbert: “De titel verwijst naar gekke spiegels waarin je erg vervormt tot iemand dik of dun. Dat effect zoeken we ook op met onze spiegels. De bezoeker ziet zichzelf meervoudig weerspiegeld, vervormd en gefragmenteerd. Die meervoudige persoonlijkheid is iets wat we omarmen en vormt een onderdeel van onze kunstenaarspraktijk. We zetten vaak een andere pet op: sociaal geëngageerde kunstenaar, productontwikkelaar, VR-ontwikkelaar, theatermaker of keramist.
Frank: “Ook het spiegelen is belangrijk voor ons werk. In onze kunstpraktijk zijn wij elkaars spiegel en we zoeken die ook snel op met andere makers en het publiek.”
Jullie vormen een tandem en onafscheidelijk kunstenaarsduo. Vriendschap staat centraal. Diverse werken verbeelden hoe jullie samen onderweg zijn. Duidelijke zelfportretten evolueren naar abstracte weergaven.
Robbert: “We vertrekken vanuit een gevoelsmatige interesse en persoonlijke gebeurtenissen. Technische beperkingen deden ons terugvallen op onszelf en we ontwikkelden dat als sterkte en eerlijk aspect.”
Frank: “We verbeelden onze handelingen of bezigheden. Eerst gebruikten we afbeeldingen van onszelf. Daarna kozen we voor maskers omdat we niet steeds onszelf wilden zien. Nu zijn we geëvolueerd naar een abstracte weergave van onszelf. Het ene personage heeft een puntbek, het andere een kruishoofd. We zeggen niet wie welk personage is. Het is belangrijk dat het twee verschillende personen zijn om de dualiteit te behouden. Door de abstractie gaat het niet uitsluitend over ons maar kunnen bezoekers zichzelf daarin herkennen.”
Ook de koffers waar jullie mee rondreizen evolueren naar een abstractie, namelijk schrijnen.
Frank: “De koffers zijn gemaakt op maat van de handbagage van het vervoersmiddel dat we nemen. Als je van de koffer het handvat en de zijkanten wegneemt, krijg je een schrijn.”
Robbert: “Ik heb het gevoel dat we in ons werk van complex en veel, stilaan naar een abstractie en essentie evolueren.”
Jullie tonen veel werken die naar religie verwijzen: schrijnen, vereringsplekken, kleine tempels en totempalen.
Robbert: “Ja, we zijn daar enorm door gefascineerd. We voelen dat er nood is aan een vorm van rituele symboliek, niet alleen bij onszelf maar ook bij het publiek. Het gaat om zaken die vroeger een plek kregen in religie en meer in het dagelijkse leven aanwezig waren. Nu hebben ze religieuze connotaties waarmee we niet goed meer overweg kunnen. Kunst voelt als een vrijplaats om in magie en verwondering te geloven.”
Traditionele zingevers, zoals religie en ideologieën wijzen we af. Kan kunst een hedendaagse vorm van zingeving zijn en die leemte opvullen?
Robbert: “Kunst kan dat niet opvullen, maar mensen hebben nog steeds nood aan zingeving. Kunst kan een geschikte context zijn om te zoeken naar alternatieven of nieuwe manieren om anders om te gaan met methodes die in religie gebruikt worden.”
Frank: “Mensen hebben nood aan verbondenheid en willen de wereld te begrijpen. Of wij nu als performance een verbrandingsritueel uitvoeren, waarbij wij iemands leed vernietigen, of een theaterstuk opvoeren waarbij wij een parallel universum creëren. Mensen reageren daar vaak emotioneel op. We merken dat er een gevoel van disconnectie heerst. Er is weinig ruimte voor mensen om iets op te biechten of een gevoel of idee te delen.”
Fungeert kunst als opstap om iets gemeenschappelijks te delen?
Robbert: “Ja, wij leven in een onttoverde wereld. De emotionele en symbolische waarde van objecten is te veel op de achtergrond geraakt. We zoeken en maken betekenisvolle objecten en handelingen maar die hoeven zich niet te beperken tot de kunstcontext. Net daarom gaan we ook op zoek naar verbindingen daarbuiten.”
Kan je iets vertellen over de totempaal met het videowerk?
Frank: “Ik gooi niet graag blokje hout weg omdat ik overal een vorm in herken. Ik zag een snavel en een oog en begon dat te assembleren door bestaande blokjes in elkaar te puzzelen en aan elkaar te nagelen. Het geheel staat op een lege doos. Het zijn drie masker waarbij de onderste weinig uitgewerkt is en de bovenste afgewerkt. Je ziet de transformatie van een lege doos naar een afgewerkt masker. De video in de totempaal toont een ritueel voor onszelf. Ik heb veel problemen met mijn verbouwingen. Door een schrijn voor mijn huis te verbranden, hopen we op beterschap bij mijn verbouwingen. Aangezien we het leed van andere mensen verbranden, kunnen we ook wel een ritueel voor onszelf doen.”
Herhaling is een belangrijk aspect binnen jullie oeuvre. Jullie creëren een eigen alfabet van diverse herkenbare symbolen: een bot, een oog, een zandloper, … Hebben ze een specifieke betekenis?
Frank: “We hebben geleerd dat we niet alle objecten met een nieuwe betekenis moeten opladen. Veel symbolen zijn zo krachtig omdat ze eeuwenlang gebruikt worden. Wij kiezen symbolen waar iedereen iets op kan projecteren, al kan die betekenis onderling verschillen.”
Een schouw fungeert als offerplaats. Daarboven hangen veel amuletten voorzien van herkenbare symbolen.
Robbert: “De amuletten zijn bedoeld als cadeau. Mensen kiezen welk symbool hun aanspreekt. Het roept de sfeer op van een kaarsje branden in een kapel.”
Door er werk bij te zetten dat refereert aan kaarsen en wierrook, versterk je dat gevoel.
Frank: “We willen genereus zijn in onze kunstpraktijk. Herkenbare elementen zijn nodig om een publiek te bereiken en een opstap te bieden naar wat er allemaal mogelijk is.”
Robbert: “Veel objecten belanden eerder toevallig bij elkaar. Objecten uit een eerder project tonen we in andere combinaties, zoals dat pak frieten. Hier verwijst dat aan offeren van eten. We zijn ook theatermakers, creëren een scenografie en een gevoel in de ruimte. Dat werpt een ander licht op zaken. De herkenbare elementen aan de schouw zorgen ervoor dat ook de andere schrijnen in de tentoonstellingen zo gelezen worden.”
Wanneer beschouwen jullie een kunstwerk als afgewerkt?
Frank: “Nooit. Voor ons is een kunstwerk zoals een schaduw. De lichtbron zorgt ervoor dat de schaduw verandert. Iedere schaduw is uniek. Een kunstwerk start bij een idee en als dat zich manifesteert in deze wereld dan is dat niet meer dan een schaduw die neerslaat. We hebben een slogan: ‘Go away sorrow of the world’, die landt in verschillende vormen omdat het idee en de slogan het kunstwerk zijn. De manier waarop we het presenteren: in een koffer, via een performance of een object, verandert de neerslag, maar het basisidee blijft hetzelfde.”
Er is veel te zien. Aan sommige zaken gaan kijkers mogelijk voorbij. Waarom vinden jullie het belangrijk om zo veel details toe te voegen?
Robbert: “Zoals Frank al zei, we zijn graag gul naar ons publiek. We houden zelf van op schatten jagen of ontdekkingen doen. Mensen die zin hebben om de kruimelsporen te volgen en van dichtbij iets willen bestuderen, belonen we. Dat noemen we onze tentoonstelling afkruiden. Het gaat om details, waarvan we niet verwachten dat elke bezoeker die gezien heeft.”
Vanwaar komt jullie interesse voor eeuwenoude culturen, zoals grottekeningen of hiërogliefen.
Frank: “Tijdens een residentie in Berlijn schaften we ons een museumpas aan. Daar stelden we vast hoe we ons inschrijven in een traditie waarbij eeuwenoude beschavingen al hetzelfde deden. Wat ons opvalt, is dat ze ingenieus tewerk gingen en hun techniek fenomenaal was. Met de middelen die wij nu hebben, is keramiek maken al zo moeilijk. Hoe deden ze dat vroeger? Hoe kregen de oude Egyptenaren hun potten perfect rond en hun vuur zo warm om de klei te bakken?”
Robbert: “Keramiek is een wonderbaarlijk alchemistisch proces. Door vuur aan aarde toe te voegen wordt het iets wat bestand is tegen aarde en water. Vuur is hier geen vernietigende, maar een creërende kracht.”
Frank: “We hebben veel keramiek gemaakt: kleitabletten, amuletten en een pot voor een plant. Voor de pot pasten we een techniek toe die ze gebruikten vooraleer de draaischijf werd uitgevonden. Toen rolden ze klei uit en hamerden die tot een mooie ronde pot zonder scheuren of barsten. Die perfectie behalen wij niet met onze pot. Wij vinden ons geniaal omdat we naar de ruimte kunnen maar vroeger konden ze ook fenomenale dingen.”
Jullie hebben een voorkeur voor duale symbolen. Naast vuur keert ook de slang vaak terug.
Frank: “Ja, we zijn allebei slang van Chinese horoscoop. De slang is het ultieme symbool van dualiteit en transformatie omdat ze ieder jaar vervelt. Vroeger geloofde men dat een slang een eeuwig leven had omdat ze kon vervellen en zich tussen de zichtbare en onzichtbare wereld kon verplaatsen. Tijdens het vervellen wordt de huid wit terwijl die normaal groen of zwart is. Zo ontstaat donker en licht of yin en yang, elementen die ook terugkeren in ons werk.”
Robbert: “Als een slang in haar eigen staart bijt, is het ook het symbool van ouroboros, de oneindige kringloop.”
Hebben jullie zelf een favoriet werk?
Robbert: “Nee, er zijn wel werkjes waar we zo lang op zochten, dat het tof is dat ze er zijn.”
Frank: “Ja, zoals de pot en de januskop.
Kan je de complexiteit van januskop toelichten?
Robbert: “De januskop is een goede mix tussen nieuwe en de verwijzing eeuwenoude technologie. Het is een simpel idee maar een technische uitdaging. Een januskop staat symbool voor één hoofd dat naar het verleden en één dat naar de toekomst kijkt. We hebben bewust elkaars ogen doorgetrokken als lege kokers. Je ziet door elkaars ogen, wat staat voor onze gedeelde visie. Het schrijn staat op een schouw zonder voor- of achterkant. Het verwijst aan een Torii, een Japanse poort. Die heeft een functie waarbij je de goede en slechte wezens kanaliseert. In elke zijkant van het schrijn staat een teken in spijkerschrift gekrast. Het ene staat voor dingen maken en zoeken naar een geheel in de wereld. Het andere betekent: hoe je ook zoekt naar eenheid, je moet dingen loslaten en uiteindelijk is alles vreemd. Bovenaan in het schrijn staat een teken voor hemel, god of godheid. Deze tekens staan symbool voor onze kunstpraktijk en voor het leven zelf. De schrijn biedt bescherming en verwijst naar oude culturen. De uitvinding van het schrift, waarvan het spijkerschrift een van de eersten was, betekende een enorme evolutie in onze ontwikkeling. Onze januskop is een 3D-print. We geloven dat 3D-print, VR en AR, net zoals het schrift een belangrijke omwenteling kunnen betekenen. De nieuwe manieren om dingen te maken en te reproduceren zullen een intense impact hebben op onze realiteitsbeleving. Wat betekent dit voor een kunstpraktijk en de uniciteit van objecten?”
In de laatste ruimte hangt er een kapstok. Kan je daar nog iets over vertellen?
Frank: “De kapstok heb ik eens nagemaakt voor een ander project en die hing lange tijd in mijn atelier. Je hebt een kapstok nodig om zaken aan op te hangen.”
Robbert: “Ja, we zoeken naar manieren om in volgende werken, zoals een VR-project, het publiek meer te laten participeren in handelingen die wij begeleiden. We creëren een kapstok waar mensen hun eigen ideeën of besognes aan kunnen ophangen.”
Tentoonstelling
‘Magic Mirrors’ tot 9 oktober in FRED&FERRY Gallery, Leopoldplaats 12, 2000 Antwerpen. Open van do – za van 13 – 18u.
Van 7 -10 oktober op BA&DF, 2021, Belgian Art and Design fair, Floraliënhal Citadelpark, 9000 Gent. Open vr van 11-21u en za en zo van 11-19u.