De kermiscultuur in België en Frankrijk is door Unesco erkend als immaterieel erfgoed. De kermis kan bogen op een duizend jaar oude traditie en staat aan de basis van veel vermaak, zoals bioscopen, dierentuinen en theaters.

Kermis! Feest!

“Instappeeuuh, klaarrr voor de volgende rrrronde! Superrratractie! Superrrsensatie!” Als student op kamers vlak bij het Gentse Sint-Pietersplein werd ik tijdens de blokperiode haast krankjorum van de geaffecteerd uitgesproken aankondigingen van de Deca Dance, een inderdaad behoorlijk decadent uitziende en klinkende kermisattractie die begin jaren negentig razend populair was en de tand des tijds heeft doorstaan.

Daarmee staat de Deca Dance in een eeuwenoude traditie, want ook de kermis zelf heeft de tand des tijds meer dan doorstaan. De hedendaagse kermissen en foren mogen dan associaties oproepen van schreeuwerige attracties, de kermistraditiezelf stamt al uit het eerste millennium. In Leuven wordt al een jaarlijkse kermis gevierd sinds 891.

Kermis! Feest!

De kermis ontstond naast de kerk, toen in dorpen en steden feesten werden georganiseerd naar aanleiding van de jaarmis voor de plaatselijke patroonheilige. Al snel overschaduwde het uitbundige feest het religieuze karakter, en de clerus kneep die ene dag van het jaar een oogje dicht. Foren (van het Latijnse forum of plein) ontstonden dan weer in de schaduw van de middeleeuwse jaarmarkten, waar muzikanten, troubadours, goochelaars en vuurspuwers voor vermaak zorgden.

Al in de tiende en elfde eeuw groeiden kermissen en foren uit tot een jaarlijkse traditie, en na de middeleeuwen kwamen de jaarlijkse feesten helemaal tot bloei. De kermissen golfden mee op de veranderende tijden: rondreizende artiesten en uitbaters van attracties trokken van de ene plek naar de andere met de nieuwste uitvindingen.

Al in de zestiende eeuw was dat de ‘rarekiek’ of kijkkast, een toverlantaarn met bijzondere plaatjes, die later werd vervangen door reizende panorama’s en fantasmagorieën, ietwat enge schaduwspelen met bewegende beelden en veel rook - voorlopers van bioscopen. Phantasmagoria is niet toevallig de naam van een hedendaags videogame vol ‘psychologische horror’. De eerste echte films waren vanaf 1896 al op kermissen te zien, nadat foorreizigers het publiek eerder hadden laten kennismaken met de wondere kunst van de fotografie.

Kermis! Feest!

Pieter Bruegel I, Kermis van Hoboken, 1559-1561, ets, 29,7 x 41 cm, Rijksmuseum, Amsterdam

Samen met de panorama’s kwamen ook de menagerieën, een soort rondtrekkende dierentuinen. Die werden razend populair toen ook exotische dieren als leeuwen en olifanten werden geïntroduceerd. Met artiesten die kunstjes uithaalden samen met de dieren liggen menagerieën aan de basis van zowel de dierentuin als het circus.

In de negentiende eeuw trokken demonteerbare theaters met wel duizend zitplaatsen van stad tot stad. Naast pantomimes speelde men er ook verkorte versies van klassiek theater. Het was voor veel mensen die zich geen bezoek aan de eerste schouwburgen konden veroorloven hun eerste en enige kennismaking met het theater.

Zo ligt de kermis aan de basis van veel vermaak, van kermiskoersen over rommelmarkten tot de grote kleurrijke stadskermissen die nu nog ieder jaar tienduizenden bezoekers trekken. Al in de zestiende eeuw werden kermissen vereeuwigd door Pieter Bruegel, in schilderijen als De Dorpskermis (ca. 1568) of een prent als De Sint-Joriskermis (ca. 1559). Hun rol als rode draad binnen deze volkse feestcultuur is nu ook erkend als immaterieel erfgoed.