Frans Masereel (1889-1972) is de belangrijkste graficus en houtsnijder uit de twintigste eeuw. Zijn tekeningen in kranten en tijdschriften en zijn houtsneden waren herkenbaar en eerlijk. Die toegankelijkheid heeft veel bijgedragen aan zijn populariteit sinds de jaren twintig van de vorige eeuw. De tijdloze moderniteit van Masereel heeft vele kunstenaars beïnvloed, tot vandaag. Dit nummer neemt ons mee naar Blankenberge in 1889, waar de wortels van Masereels oeuvre liggen in de burgerlijke kunst van het fin de siècle en de Belle Époque. We volgen hem naar de kunstacademie in Gent, maar ook in de steegjes en kroegen van de stad, en naar Parijs waar hij zich in 1911 als artiste-peintre vestigt. Masereel zoekt er zijn weg, zoals zoveel kunstenaars. In de Franse hoofdstad ervaart hij “een constante beroering die verwondert”. Hij tekent onophoudelijk: op straat, op een bank, om het even waar. Masereel maakt kennis met de anarchistische publicist Henri Guilbeaux, die hem introduceert bij de Europese intelligentsia. Masereel kan zijn kritische spotprenten publiceren en begint houtsneden te maken. Hij snijdt een wereld in zwart-wit, van meedogenloze boudoirtaferelen tot ongenadige portretten en grimmige straatscènes.
Dan gaan we met Masereel naar Zwitserland, waar hij in oktober 1917 de Franse schrijver Romain Rolland ontmoet. Beiden zijn ballingen, de ene tekent voor de pacifistische pers, de andere is auteur van geëngageerde artikelen. Hun vriendschap en wederzijdse waardering resulteert in de uitgave van boeken waarin de teksten van Rolland en de houtsneden van Masereel de hiërarchie tussen schrijver en illustrator opheffen.
In 1918 publiceert Frans Masereel in eigen beheer 25 images de la passion d’un homme. Dit werk is zijn eerste beeldroman zonder woorden. Ook zijn latere boeken met houtsneden vallen op door de narratieve inventiviteit. Met dit nieuwe genre slaagt Masereel erin de wereld om te zetten in beelden, een wereld die getekend is door de oorlog, het kapitaal en zijn marionetten. Het zijn deze romans zonder woorden die vandaag de belangstelling opwekken van een nieuwe generatie van baanbrekende tekenaars.
We reizen ook mee met Masereel naar de Sovjetunie, in 1935 en 1936. Hij wordt er warm onthaald en maakt vele tekeningen die de Moskouse pers gretig publiceert. Masereel krijgt tentoonstellingen en ontmoet Russische kunstenaars, Duitse communisten in Moskou, Franse intellectuelen in Tbilisi… En ziet hij de zuiveringen van Stalin die dan volop aan de gang zijn?
Ten slotte bezoekt dit nummer de wereldtentoonstelling in Parijs van 1937, waarvoor Masereel twee grote composities maakt. De wandtekening L’enterrement de la guerre, te zien in het Vredespaviljoen, en het schilderij in zwart-wit La famille en lecture voor het Belgische paviljoen. Het motief van de rustig lezende mens in de onrustige stad komt in het latere oeuvre van de kunstenaar vaak voor.