In het tweede kwart van de achtste eeuw werd door de Frankische edelman Adelhard en zijn vrouw Grinuara de abdij van Aldeneik gesticht voor hun dochters Harlindis en Relindis.
Uit deze abdij zijn de Codex Eyckensis en een aantal weefsels afkomstig. In 1571 - het waren woelige tijden in de Nederlanden - brachten de kanunniken ze binnen de veilige omwalling van Maaseik. Tot in de 19e eeuw werden ze veilig in een reliekschrijn bewaard. Helaas werden ze daarna blootgesteld aan licht en klimaatschommelingen, waardoor hun toestand verslechterde.