Na zes maanden Jean-Michel Folon (Magritte-Folon De Poëziefabriek), is het nu de beurt aan Emily Mae Smith, (°1979, Austin, Texas) om in het Magritte Museum een persoonlijke dialoog aan te gaan met René Magritte aan de hand van een dertigtal werken. De kunstenares woont en werkt in New York.
Een terugkerend personage in het werk van Emily Mae Smith is een antropomorfe kwast, geïnspireerd op het segment The Sorcerer's Apprentice in Disney's Fantasia (1940), dat gebaseerd is op Johann Wolfgang von Goethe's gedicht uit 1797. Het karakter wordt haar avatar en verwijst tegelijkertijd naar het penseel van de schilder, het werkmateriaal van de huishoudsters, naar het mythologische instrument van de heks, maar ook naar de fallus, wat een seksuele dimensie aan haar schilderijen geeft.
Emily Mae Smith zet deze borstel-bezemfiguur in verschillende contexten neer: een 17e-eeuws interieur, een rotsachtig exterieur, een grot, enz. Ze begeleidt het met elementen en objecten ontleend aan het Symbolisme (schedel, bloemen, stilleven...) en het Surrealisme. In haar werken plaatst ze graag directe verwijzingen naar de kunstgeschiedenis en het oeuvre van Magritte: hier en daar herkent men een appel, een opgebrande kaars, rotsen... Soms verschijnt zelfs een schilderij van Magritte in haar schilderijen, wat een opmerkelijke poëtische duizeling veroorzaakt.
Naast de referentie of toespeling ligt de link tussen de schilderijen van Emily Mae Smith en die van René Magritte ook in een scherp gevoel voor beeldconstructie en een voorliefde voor visuele listigheid. Beide kunstenaars hebben er ook voor gekozen om de figuur van de “dubbel-ik” te bewerken, de eerste met “de man met de bolhoed” en de tweede met de borstelsteel die ze elk als hun zelfportret gebruiken.
Tenslotte geven hun schildertechnieken met goed gedefinieerde contouren, evenals de aanwezigheid van tekst in het beeld of het “getoonde-verborgen” aspect, een vreemde dimensie aan hun schilderijen, waardoor de toeschouwer in een staat van vraagstelling, verbijstering maar ook contemplatie wordt geplaatst. Door haar alter ego daarenboven meerdere rollen te laten spelen, deelt ze met Magritte een zekere zwarte humor. Haar personage poseert nu eens klassiek en wordt een scheppend genie, dan eens onderdanig en teruggebracht tot zijn toestand als huishoudelijk voorwerp, dromend van verre oorden... Zo doende stelt ze de plaats van de vrouw in de schilderkunst en in onze samenleving ter discussie. De ene list verbergt de andere.