In de reeks [ART]IFICIEEL duiken we in de wonderlijke wereld van de artificiële intelligentie. Hoe verhoudt die zich tot kunst en schoonheid? Wat zijn de uitdagingen? Wat zijn de gevaren? En beter nog: wat zijn de oneindige mogelijkheden? In deze aflevering spreekt redacteur Yves Joris met Christophe De Jaeger, oprichter en directeur van Gluon.
[ART]IFICIEEL – Gluon op het snijvlak van kunst en technologie
Als het over het snijvlak van kunst en technologie gaat, is Christophe De Jaeger een visionair. Met Gluon creëerde hij een platform waar deze werelden samenkomen. De Jaeger heeft een achtergrond in kunstgeschiedenis, een diepe passie voor mediakunst en zet zich actief in om kunstenaars en onderzoekers dichter bij elkaar te brengen. Dat bracht hem al in België, de VS, Shanghai en Milaan, waar hij steeds de kracht van multidisciplinaire samenwerking benadrukt. Zijn inzet voor STEAM-onderwijs (Science, Technology, Engineering, Arts, and Mathematics) laat zien hoe essentieel hij het vindt om kunst met wetenschappel te verbinden. Meer dan voldoende redenen om hem enkele vragen voor te leggen.
Hoe zie je de rol van AI in de toekomst van kunst?
Een van de vragen die in tijden van generatieve AI om de hoek komen kijken is of de nieuwe Einstein, Picasso of Bach een computer wordt. Met andere woorden, kan een computer creatief worden en een moment van inspiratie beleven? Het meest uitgesproken is computerwetenschapper en futuroloog Ray Kurzweil. Hij beweert dat het niet lang meer zal duren voor de machine slimmer is dan wij. Hij gelooft tevens sterk in Brain Reverse Engineering: eens we weten hoe het brein werkt, kunnen we het imiteren. Zodra een computer er in slaagt om uiting te geven aan gevoelens en emoties door een sonnet te schrijven of een symfonie te componeren, moeten we toegeven dat deze het menselijke brein evenaart. Niet iedereen is het erover eens dat alles zo’n vaart loopt, de Belgische onderzoeker Luc Steels meent dat die visie de rijkdom van ons denken onderschat.
Een ding is zeker, tot op heden heeft AI -mijn inziens- nog geen enkel kunstwerk geproduceerd zonder de input van mensen. Als we de stekker niet in het contact zouden stoppen, kan de computer überhaupt niets doen. Maar laat ons vertrekken van de autonomie van de machine en nadenken of die kunst zou maken. Dan stellen velen zich de vraag of die machine dat wel zou willen. Kunstenaars maken kunst, mdat ze iets willen communiceren, een politieke overtuiging, existentieel gevoel of een moment van schoonheid. Het is hun intentie om ons te ontroeren, verheffen en kritisch te informeren. Waarom zou de computer dit doen? Alsof wij als mensen kunst voor mieren zouden maken. Wat zouden wij en zij daaraan hebben?
Wetenschapper Melanie Mitchell van Santa Fe Institute merkt bovendien op dat de computer niet redeneert, maar rekent. De manieren waarop het brein en een neuraal netwerk een beeld herkennen vertoont gelijkenissen. Maar dit betekent nog niet dat computers redeneren als mensen. Die neurale netwerken werken op basis van beelden die werden omgezet in binaire data en dus een verzameling van nullen en enen. Wanneer een computer een madeleinekoekje herkent, dan is het niet omdat deze het echt ziet, ruikt, voelt of smaakt, maar omdat de patronen van nullen en enen overeenkomen met dat van een beeld dat door mensen werd gelabeled als een madeleinekoekje. Het madeleinekoekje brengt geen gedachtestroom teweeg bij de computer en voert hem niet terug naar zijn kinderjaren.
Op welke manier kan AI bijdragen aan de ontwikkeling van nieuwe kunstvormen?
Kan AI menselijke kunst inspireren of als personal assistant voor de kunstenaar fungeren? AI kan misschien wel beter en sneller rekenen, meten, lezen, beelden herkennen en beschikt over een oneindigde rijkdom aan data, maar levert dit altijd interessante pistes op? Picasso realiseerde het kubisme door verbindingen te leggen tussen kwantumfysica, Afrikaanse kunst en een ongewone kennis van de beeldende kunst. Dit is iets anders dan een machine die aan het hallucineren gaat en talrijke variaties uitspuwt. Nu moet ik wel toegeven dat toen de kunstenaar Nick Ervinck mij toonde hoe een AI-systeem nieuwe variaties voor zijn bestaand beeldhouwwerk uitrekende, ik er enkele van ongewoon verbluffend vond. Hij stond er zelf versteld van. Toch blijft de vraag in hoeverre die systemen daadwerkelijk tot nieuwe inhoudelijke pistes en doorvoelde inzichten leiden. Ik zie AI geen A la recherche du temps perdu aan elkaar rijgen, het zoveelste stationsromannetje of scriptje voor een B-film, dat misschien wel.
In 2018 bracht Gluon Luc Tuymans in contact met de AI-researcher Luc Steels. Uitgangspunt voor deze samenwerking was de vaststelling dat Oude Meesters steeds gebruik maakten van technologische (optische) apparaten om hun werk te realiseren. Vermeer gebruikte de camera obscura, Canaletto gebruikte lenzen en Ingres een camera lucida. Luc Steels wilde voor Tuymans een persoonlijk neuraal netwerk Flow ontwikkelen, gevoed door een grote hoeveelheid gegevens uit tentoonstellingen en catalogi van de kunstenaar. Het systeem zou aan Tuymans niet alleen visuele inspiratie aanleveren, maar ook conceptuele. Het systeem kwam er uiteindelijk niet, maar wel een onderzoektentoonstelling in Bozar die toonde hoe je AI ontwikkelt die op zoek gaat naar de fotografische beelden die aan de oorsprong liggen van een werk van de kunstenaar.
Door de opkomst van tools zoals ChatGpt en DALL-E is de interactie tussen mens en AI veel toegankelijker en populair geworden. Momenteel onderzoekt kunstenaar David Claerbout of commerciële AI tools, zoals Stable Diffusion, al dan niet een bijdrage leveren aan zijn artistieke productie. Het opzet is simpel: de studio maakt tegelijk een voorstel voor een nieuw videowerk The EggPlant op de traditionele manier, met moodboards en discussies met het studioteam, en door middel van prompting. Een vergelijking tussen beide werkmethoden leidt tot een beter begrip over eventuele voor- en nadelen. Tot op heden lijken die commerciële tools de genuanceerde beelden en ingewikkelde verhalen die de studio voor ogen heeft, niet te kunnen vatten.
Welke rol neem jij op in die ontwikkeling van AI en kunst?
Gluon werkt als een intermediaire organisatie. We verbinden kunstenaars met onderzoekers uit onderzoeksinstituten en bedrijven om te reflecteren over de grote uitdagingen van onze tijd. Györge Kepes, de visionaire schilder en kunsttheoreticus die het eerste fellowshipprogramma voor kunstenaars aan MIT oprichtte, maakte het voor mij zeer inspirerende statement: “Kunstenaars zijn de kritische antennes van onze maatschappij omdat zij dingen voelen en beschrijven in de wereld rond ons die de rest niet ziet omdat zij er zo druk in leven.“ Technologische en wetenschappelijke evoluties hebben een immense impact op de maatschappij, en kunstenaars moeten de nodige middelen, tijd en expertise krijgen om deze te onderzoeken vanuit hun perspectief.
Eén van die uitdagingen is singulariteit: een toekomstig punt in de tijd waar technologische groei oncontroleerbaar en onomkeerbaar wordt en waar een superintelligent systeem alle menselijke intelligentie ver overstijgt. De kunstenaar Jerry Galle realiseerde samen met de ingenieurs van het strategisch onderzoekscentrum Flanders Make het werk Checkin’ Each Other Out. De robotinstallatie bevraagt waarom alleen menselijke intelligentie centraal zou moeten staan in de bouw van een superintelligent systeem? Een robot onderzoekt de emoties en bewegingen van bio-organismen en probeert hieruit te leren, terwijl interacties met mensen het systeem in de war brengen. Het werk is eigenlijk zeer politiek. Soms plooit de robotarm zich in een depressieve pose en geeft geen teken van leven meer. De bandwerkers in de Audifabriek zouden hem supersympa vinden.
Kan je voorbeelden geven van succesvolle samenwerkingen tussen kunstenaars en AI-technologieën?
Het werk Anatomy of an AI system vind ik persoonlijk één van de meest inspirerende samenwerkingen tussen onderzoekers en kunstenaars. Het werd in 2018 gemaakt door de mediakunstenaar en filosoof Vladan Joler en MIT onderzoekster Kate Crawford. Het is een grootschalige kaart die onderzoekt welke menselijke arbeid, gegevens en planetaire hulpbronnen vereist zijn om een Amazon Echo (het spraakbesturingssysteem van Amazon, nvdr) te bouwen en te laten werken. Ze toont ons de mineralen die nodig zijn voor de fabricage ervan, de kinderarbeid die het vergt, de data die het onttrekt aan de gebruikers, of de verwerkingsprocessen die vereist zijn om het te ontmantelen. Na dit alles te hebben gezien, roep je niet langer die Amazon Echo aan om je licht automatisch te dimmen, maar ga je eenvoudigweg met de hand op de knop drukken. Het werkt legt op een zeer duidelijke manier de systemische ongelijkheid in onze maatschappij en de roofbouw op natuurlijke hulpbronnen bloot. Een kind dat werkt in de mijnen van Congo zou 700.000 jaar moeten werken om het daginkomen van Jeff Bezos te hebben.
Welke ethische vraagstukken brengt het gebruik van AI in de kunst met zich mee?
Er zijn zoveel ethische vraagstukken verbonden aan AI. Anatomy of an AI System laat duidelijk zien dat technologie opereert binnen een groter, ongelijk systeem en dat het een gigantische ecologische impact heeft. Tijdens het New European Bauhaus festival in Brussel toonde Hito Steyerl, een van de meest kritische stemmen uit de kunstwereld, een experiment dat aantoont hoe onneutraal en bevooroordeeld beeldgeneratoren zijn op basis van de data waarop ze getraind zijn. Steyerl gaf Stable Diffusion de opdracht om het woord protest te visualiseren. Dat resulteerde in een beeld van een cinemazaal vol opgetuigde politieagenten en een scherm met daarop een vaag figuur, een referentie naar een actrice die betoogde tegen uitbuiting door de filmindustrie in tijden van AI. Een schrikwekkend eindresultaat, dat het omgekeerde toont van waar protest voor staat.
We moeten kritisch blijven, ook dichter bij huis. Neem nu het groeiende aantal slimme camera’s op straat. Zorgen die voor meer veiligheid of is dit een aanslag op onze privacy? Stel je voor dat je de straat oversteekt bij rood licht en automatisch een boete toegestuurd krijgt? Samen met het Kenniscentrum Data & Maatschappij (KDM) en de Liga voor de Mensenrechten ondersteunt Gluon het project The Falling City van de Spaanse kunstenares Noemi Iglesias Barrios. Zij werkt samen met het Brusselse AI-bedrijf Radix aan een camera die liefde op straat meet, dit op basis van een AI systeem dat knuffelen, handjes vasthouden en kussen herkent. Dit alles zal resulteren in een kaart die de meest en minst liefdevolle straten van Brussel toont. The Falling City moet burgers op een indringende manier confronteren met de impact van AI op de samenleving en tot discussies aanzetten. Het project maakt consequent geen gebruik van gezichtsherkenning.
Hoe kunnen we ervoor zorgen dat AI op een verantwoorde manier wordt geïntegreerd in artistieke processen?
Het eerder vermelde The Falling City is een goed voorbeeld van de methodologie die Gluon ontwikkelde. Voor elk project stelt het Gluonteam een expertengroep samen die bestaat uit mensen uit verschillende disciplines. Dit kunnen ethici, ICT-experts, ingenieurs, filosofen of bijvoorbeeld mensen uit het middenveld zijn. Zij stellen samen een maatschappelijke uitdaging op die de inbreng van een kunstenaar vereist. De open call waarop Noemi succesvol intekende was Reclaiming Agency. Die nodigde kunstenaars uit om wisselwerkingen tussen algoritmen, cybersecurity en mentaal welzijn te onderzoeken.
Het resultaat hiervan werd een samenwerking tussen een bedrijf (Radix), middenveldorganisatie (Liga), universitair onderzoeksinstituut (KDM) en Gluon. Vertegenwoordigers van die entiteiten zijn sterk betrokken in het ontwikkelingsproces van het kunstwerk. Zo nodigden KDM en Liga een groep Brusselaars uit om deel te nemen aan een begeleidingssessie ethiek rond dit project. Zij reflecteerden over camera’s en gezichtsherkenning. Een belangrijk inzicht was dat het AI-systeem niet getraind was om liefde tussen mensen met een handicap te detecteren. Er werd ook hevig gediscussieerd over de opslag en duur van de verzamelde data.
Hoe kunnen kunstenaars en technologen het beste samenwerken om innovatieve projecten te realiseren?
Ik weet niet of kunstenaars voor directe innovatie zorgen. Dat is toch hun rol niet? Sommige organisaties beweren van wel. Maar ik betwijfel sterk of samenwerkingen tussen kunstenaars en ondernemingen tot innovatieve toepassingen leiden die vervolgens opgeschaald kunnen worden. Zo’n opvatting leidt tot oeverloze discussies over businessmodellen en intellectueel eigendom. Ik geloof meer in de aanpak van Alexander Mankowksi, de vroegere futuroloog van Daimler Benz. Om inspiratie op te doen voor de toekomstige research van Daimler dook hij onder in de wereld van nerds, activisten, onderzoekers, risiconemers. Hij ontmoette die onder meer op hackatons, in labs en op festivals. Daar detecteerde hij trends die pas later mainstream werden. Hij was bijvoorbeeld de eerste om onderzoek naar robotics te lanceren, de auto was al snel genoeg, die motor moest toch niet nog sneller gaan. Mensen komen samen, inspireren elkaar en gaan dan een eigen weg op.
Een gesprek met De Jaeger is een blik op de toekomst. Tijdens het gesprek wordt duidelijk dat de integratie van AI in kunst een complexe, maar ook veelbelovende onderneming is. Hij benadrukt de noodzaak van samenwerking tussen kunstenaars en technologen om nieuwe mogelijkheden te ontdekken en kritische vraagstukken aan te pakken. Door kunst en technologie te verbinden, zoals Gluon doet, kunnen we niet alleen innovatieve kunstwerken creëren, maar ook inzichten verkrijgen in de ethische en maatschappelijke implicaties van AI. Zo kan kunst dienen als een kritische antenne in de snel veranderende wereld van technologie, en ons helpen om verantwoordelijke en betekenisvolle manieren te vinden om AI in ons leven te integreren.
Dit artikel is deel van de reeks [ART]IFICIEEL.