Het regent pijpenstelen, en alsof dat nog niet voldoende is komt er ook een windvlaag opsteken. Maar dat houdt mij en de 200 andere bezoekers op deze zaterdag niet tegen om naar de Fotobiënnale in Oostende af te zakken. Ik word er vriendelijk verwelkomd door curatoren Stephane Verheye en Yvon Poncelet. Zij kozen voor het thema ‘(on)rust’, geïnspireerd op de symbolistische kunst van de ‘Oostendse anthems’ James Ensor en Léon Spilliaert. Op de eerste editie van Fotobiënnale Oostende is werk van dertig fotografen te zien op diverse binnen- en buitenlocaties, waaronder Fort Napoleon, de Expoboot, de zeedijk, de Anglicaanse kerk, het Leopoldpark en Mu.ZEE.
Internationale Fotobiënnale van Oostende
Ik start mijn tour met Verheye en Poncelet in het Fort Napoleon. De benedenverdieping van het fort is ingepalmd door werk van de bekende en vroeg overleden fotograaf Mark Lagrange. Verheye deelt me mee dat het onbegonnen werk was om zelf een selectie te maken uit het ruime oeuvre van Lagrange. Daarom werd hij hierin bijgestaan door zijn zoon, Vincent Lagrange. Het levert een nooit eerder gezien overzicht van zijn werk. De Biënnale toont foto’s waarmee Marc Lagrange bekend werd: zwartwitbeelden die met een technische perfectie en een perfecte lichtbalans de vrouw in sensuele en gewaagde posities weergeeft. De Biënnale werpt ook een unieke blik op Lagranges latere werk. Hierbij springt onmiddellijk een kleurenreportage in kleur in het oog die Lagrange maakte in een afgelegen hotel. De kleuren en lichtbalans van de beelden, in combinatie met het theatrale gehalte ervan, leveren een fotografisch pareltje op die symbool is voor Lagranges veelzijdigheid als fotograaf. Tot slot krijgen we een kleurenreeks die Lagrange maakte tijdens zijn periode in Los Angeles. Lagrange legt de onstuimige sfeer in Los Angeles bloot en het daarbij horende naakt. Ook de opstelling is imposant. Aan prachtig vervaardigde wanden komt het oeuvre van een van België’s meest beroemde fotografen extra tot zijn recht.
Hoewel Lagrange erom bekend stond respectvol met zijn modellen om te gaan, worden de beelden genomen vanuit een mannelijk perspectief. Om hier tegengewicht aan te bieden, nodigden Verheye en Poncelet vijf vrouwelijke fotografen uit om hun werk tentoon te stellen op de bovenverdieping van het fort. Een van hen is Carmen De Vos. Waar Lagrange de vrouw voorstelt op een eerder typische, sensuele manier, kiest De Vos ervoor om op een krachtige wijze de zwangere vrouw weer te geven. Ze doorbreekt haar eerdere cyclus van werk die bestond uit polaroids en trekt de kaart van het digitale. Het levert een reeks beelden op die minder mysterieus en dynamisch zijn, maar eerder scherp en in your face.
Tine Guns doorbreekt met haar werk de stereotype aanname waarmee fotografie al eeuwenlang te maken krijgt, namelijk dat de kunstvorm sclechts een stilstaand beeld behelst. Haar dynamische beelden vervagen de grens tussen fotografie, cinema en storytelling. Dit wordt versterkt door de manier waarop de beelden gepresenteerd worden; op een fragmentarische en niet-lineaire manier. Chrystel Mukeba sluit het rijtje vrouwelijke fotografen af met haar reeks Confrontation waarin ze haar angst voor de dood vormgeeft uit zes beelden die met een clair-obscur ogend aura duidelijk beïnvloed zijn door de Vlaamse meesters. Bovendien worden Mukeba’s beelden op een atypische manier tentoongesteld op een zwarte achtergrond die het mysterieuze karakter ervan versterkt. Het Fort Napoleon, dat ooit symbool stond voor de Franse bezetting, wordt opnieuw bezet, maar ditmaal door vijf ijzersterke vrouwelijke fotografen.
Naast de gevestigde namen is er plaats voor jong, aanstormend talent. In de Anglicaanse kerk in de Langestraat kan je het werk bezichtigen van Jolien De Buyser, Charlotte Mariën, Anaïs Lesy, Elise Corten en Joris Deleersnyder. Waar we met Lagranges foto’s technisch perfecte beelden te zien krijgen, wordt bij dit jonge talent bewust gekozen voor technische imperfectie om de emoties naar de voorgrond te brengen. Het werk van Jolien De Buyser springt in het oog. Zij neemt het publiek mee in haar droomwereld die ze door middel van in scène gezette beelden reconstrueert. De mix aan analoge en digitale fotografie waarmee De Buyser haar werk maakt, nodigt de toeschouwer uit om af te dwalen in die wereld en zelf een verhaal te (re-)construeren. Anaïs Lesy kiest naast een aangrijpend zelfportret voor landschapsfoto’s die de onvoorspelbaarheid van het leven representeren en de complexe relatie tussen mens en natuur weergeven. Het levert een unieke reeks beelden op die de grenzen overschrijden tussen portret- en landschapsfotografie en vanuit een conceptuele lens de toeschouwer confronteren met menselijke hoogmoed ten opzichte van de natuur.
Wie na fort Napoleon en de Anglicaanse kerk behoefte heeft aan een portie gezelligheid kan in fotografiehuis Exposure Value terecht. Een van de curatoren van de Fotobiënnale, Yvon Poncelet, cureert er vier fototentoonstellingen per seizoen. Portratis BarOques, een samenwerking tussen beeldende kunstenaar Rodia Bayginot, fotograaf Philippe Ordioni en zijn dochter Claire Ordioni, stond al even op het programma maar moest uitgesteld worden door de COVID-maatregelen. De tentoonstelling is echter het wachten waard. Voorbij Poncelets rijkelijke collectie aan analoge fototoestellen die langs de wanden staat opgesteld, word je naar een achterkamer geleid waar de foto’s staan opgesteld. Portraits BarOques flirt met de balans tussen esthetisch mooi ogende beelden, en het in vraag stellen van die esthetiek door menselijke imperfecties te integreren. Zo creëert het duo Ordioni een unieke reeks portretten die de toeschouwer uitdaagt en inspireert. Het is een aanrader voor kunstenaars en fotografen die op zoek zijn naar een unieke manier van portretfotografie.
Filip Dujardin is internationaal een van de meeste gekende Belgische fotograferen. Foto’s van Dujardin zijn op zo’n manier tentoongesteld dat ze opgaan in het stadsdecor. Dujardin maakt gebruik van digitale technieken Google SketchUp en Photoshop om het menselijke oog te verleiden. Als toeschouwer ben je in constante twijfel of de architecturale beelden effectief de realiteit weergeven of een droombeeld.
Wie de Fotobiënnale graag zelf beleeft, kan nog tot 24 oktober terecht in Oostende. Het is aan te raden om meer dan een dag uit te rekken om het parcours te bezichtigen