"Een geruim aantal jaren had ik een bepaald beeld in mijn hoofd. Een zicht op een totaal verlaten kruispunt in een koud nachtelijk landschap. Het moment waarop je 's nachts moederziel alleen voor dat rood licht staat.
Tijdens de dag is zo'n plek een mengelmoes van activiteiten, ze is dan quasi onzichtbaar. Als het verkeer en de dagdagelijkse kleurrijke realiteit afwezig zijn, verschijnt een absurd soort "no man's land". De functionaliteit verdwijnt. Het wordt decor voor een totaal andere ervaring. Aanvankelijk heb ik getracht dat beeld te filmen, maar bij die videobeelden kwam het accent te veel liggen op het bedreigende karakter van de scene, zoals in een horrorscenario.
Omdat de absurditeit en het 'non-event' karakter van het beeld erg belangrijk voor me waren, vond ik dat videobeelden mijn oorspronkelijk idee te veel vernauwden. Ik bouwde tenslotte een monumentale maquette in een donkere ruimte ("Location 1", 1998), belicht met enkel een klein beetje zacht blauw maanlicht. Als toeschouwer zie je direct dat het hier gaat om een representatie."
Op de Beeck's nauwkeurig nagebauwde sculpturale installaties zijn meestal onbestemde of oninteressante plekken. Desolate landschappen, verlaten speeltuinen en woonwijken bijvoorbeeld. Plaatsen waar de mens de natuur naar zijn hand heeft gezet. Gedomesticeerde ruimtes die talrijke codes in zich dragen, en intrigeren door een complex sluimerend potentieel aan betekenissen. Het is een oproepen van een stilstaande parallelle wereld, zo zegt hij zelf, een soort tijdloos nergens. Verwarrend, onbehaaglijk en kantelend naar het absurde.
Ensceneren
In tegenstelling tot de ruimtelijke modellen waar de mens afwezig is, wordt hij in Op de Beeck's video's meestal nadrukkelijk aanwezig gesteld. Vaak fragmenten uit het dagelijkse leven, uitvergroot of bewerkt, waardoor een vervreemdend beeld ontstaat. Zo registreert hij een echtpaar zwijgend achter een kop koffie in een wegrestaurant ("Coffee", 1999). Schijnbaar hebben ze elkaar niets meer te vertellen.
Het woordeloos samenzijn evoceert een tergende leegheid. De locatie is niet toevallig. Op de Beeck is gefascineerd door plaatsen waar je -maar- een moment halt houdt.
Onderweg is ook het jonge koppel in "Determination 4"(1998). Samen met hun 2 kinderen lopen ze naar ons toe in een ijle, monochroom witte omgeving. Zonder aanwijsbare reden, duidelijk gehaast naar een onbekende bestemming. Ze raken vermoeid (8 minuten real time), maar blijven absurd uitzichtloos ter plaatse trappelen. Hans Op de Beeck ensceneert Beckettiaanse taferelen. Situaties, tragisch en komisch, onttrokken aan de werkelijkheid. Zijn kunst refereert aan het leven zelf en reflecteert over de huidige menselijke conditie. Hij observeert, registreert en interpreteert. In "Situation I" (2000) trekt de camera droogweg naast een ellenlange rij kassa's in een supermarkt zonder één enkele klant. Enkel de caissières zijn op post gebleven.
Ze staren, als tentoongestelde wassen figuren, doelloos voor zich uit. De volkomen bewegingloosheid staat in schril contrast met de normale drukke vloed van mensen, goederen en geld in een supermarkt. Door bepaalde aspecten te isoleren of lichtjes uit de context te halen stelt Op de Beeck bepaalde maatschappelijk mechanismen in vraag.