Het Zilvermuseum Sterckshof in Deurne pakt momenteel uit met een tentoonstelling over de Brusselse edelsmid Joseph Germain Dutalis. Wat deze man zo bijzonder maakt is dat hij zowel de Nederlandse Koning Willem I als de Belgische vorst Leopold I van fraai edelsmeedkunst voorzag. Maar de tentoonstelling laat niet alleen edel metaal schitteren, ze schetst uitmuntend het geslacht Dutalis in de context van de negentiende-eeuwse maatschappij.
In beeld: Joseph Germain Dutalis, edelsmid van Europees formaat
Het Zilvermuseum werkte voor deze tentoonstelling nauw samen met Nederlandse onderzoekers op het terrein. Na Antwerpen steekt de tentoonstelling de grens over richting paleis Het Loo in Apeldoorn . Aan het project ging drie jaar studie vooraf. Net zoals in voorgaande tentoonstellingen profileert het Zilvermuseum Sterckshof met deze expositie rond Dutalis zich sterk als onderzoeksinstituut. Uiteraard doet het museum nog veel meer. Er is de publiekswerking, het beheer van de eigen collectie en de vele initiatieven m.b.t. de actuele edelsmeed kunst.
Maatschappelijke aspecten
Door het uitgebreide onderzoek naar de de activiteiten van Joseph Germain Dutalis (1780-1852) komt de Belgische edelsmeedkunst duidelijk in Europees vaarwater terecht. "Evenwel gaat het om veel meer dan alleen maar edelsmeedkunst," oppert Wim Nys, wetenschappelijk medewerker van het Zilvermuseum Sterckshof. "De tentoonstellling Joseph Germain Dutalis (1780-1782), Edelsmid van Koning Willem I belicht niet alleen de edelsmeedkunst in een geïsoleerde context, maar betrekt in het gebeuren zowel de politieke, sociale als economische aspecten van de negentiende eeuw. Dat maakt dat het gebeuren zich niet uitsluitend richt op de zilverliefhebber. Geïnteresseerden in de negentiende-eeuwse maatschappelijke ontwikkelingen, zullen in het Sterckshof evenzeer hun hart kunnen ophalen."
Illustere edelsmid
Over Dutalis was tot voor kort nauwelijks iets geweten. Wim Neys reisde langs talloze openbare en private collecties in ons land, maar trok ook naar Nederland en Duitsland op zoek naar sporen omtrent deze illustere edelsmid die in latere jaren, zo is gebleken, tot de honderd rijkste burgers van Brussel behoorde. "Bij aanvang van het onderzoek beschikten we maar over enkele gegevens. We wisten dat hij hofleverancier was. Meer niet. Ook wisten we dat hij zilverwerk voor Prins Frederik - de zoon van Willem I - heeft gemaakt. Die stukken zijn thans verspreid over paleis Het Loo, enkele voorwerpen bevinden zich in privécollecties. Ten derde wisten we dat hij een toiletensemble heeft gebouwd samen met de Mechelse beeldhouwer Louis Royer. Het pronkstuk was bestemd voor prinses Marianne, dochter van Willem I. Het fameuze toiletensemble werd in 1830 tentoongesteld in het nijverheidspaleis, maar met het uitbreken van de revolutie werd het kostbare voorwerp vroegtijdig weggehaald.
Het pronkstuk is momenteel te zien op de tentoonstelling in Deurne naast onder meer enkele voorwerpen van Dutalis uit de eigen collectie van het Sterckshof zoals wijnkoelers, een waterketel en bestek. "Wat opviel was dat sommige voorwerpen van Dutalis een hoge graad van afwerking vertoonden", zegt Wim Neys. Dutalis was kennelijk op de hoogte van internationale stromingen en trends. Vader Dutalis - Pierre Gabriël Dutalis (1755-1814) - een wees, had zich als edelsmid opgewerkt en liet zijn zoon in Parijs studeren. Drie jaar zou Germain Dutalis er verblijven - van 1800 tot 1803 - en beïnvloed worden door de allergrootste meesters van het ogenblik, met ronkende namen als Marin-Guillaume Biennais (1764-1843) en Jean-Baptiste-Claude Odiot (1763-1850). De internationale context van de Dutalis-story wordt in de bijbehorende tentoonstellingscatalogus uitvoerig beschreven door Johan ter Molen, directeur van het Paleis Het Loo in Apeldoorn. Hij ontdekte onder meer dat de Duitse edelsmid Peter Bruckmann op dat moment ook in Parijs was. Via Bruckmanns gepubliceerde catalogus kon de link gelegd worden met Germain Dutalis en kwam het internationale veld waarin hij zich voortbewoog aan het licht. Parijs had Odiot, Brussel Dutalis en Heilbronn Bruckmann. Wim Neys : "Er zijn modellen van Dutalis die het werk van Bruckmann letterlijk "citeren" en we hebben modellen gevonden van Dutalis en Bruckmann die teruggaan op Odiot.
Zo zie je duidelijk ook het nut van dit onderzoek om België op de kaart te zetten van de Europese edelsmeedkunst."
Warwick-vaas en juwelen
Tijdens het onderzoek speurden Nys en zijn confraters als echte Hercule Poirots naar nog meer sporen. En wie zoekt, die vindt. Zo is er de fameuze Warwick-vaas die de link legt tussen Dutalis, Piranesi en Engeland. Een spetterend verhaal waar Wim Nys van glundert. De Warwick-vaas werd in 1770 in Tivoli opgegraven en kort daarna door niemand minder dan Piranesi afgebeeld in zijn graveerreeks Vasi, Canelabri, Cippi. Niet lang daarna kwam de vaas in handen van George, Earl of Warwick.
Dutalis moet op de een of andere manier kennis hebben gehad van deze vaas want hij ontwierp onder meer een vergulde kopie voor de paardenrennen die in Brussel plaatsvonden onder auspiciën van Belgische vorst Leopold l. Dutalis' pronkstuk uit 1833 lijkt erg veel op de Warwick-vaas. Niet alleen maakte Dutalis de vase executée par ordre du roi, ook de Prix de la Reine werd bezegeld met een gelijkaardige siervaas van Dutalis. De correspondentie hieromtrent kwam Nys toevallig op het spoor in de politiearchieven van Brussel. Niet alleen legde Dutalis zich toe op edelsmeedkunst, eveneens brengt de tentoonstelling zijn ontworpen juwelen voor het voetlicht, waaronder twee armbanden van Prinses Anna Paulowna.
Boeiende familiegeschiedenis
Niet minder spannend is de familiegeschiedenis van Germain Dutalis die in de boven zaal van het Zilvermuseum Sterckshof uitgebreid uit de doeken wordt gedaan. Doorheen dit verhaal, gelardeerd met talloze documenten, trilt fijntjes de negentiende-eeuwse sociale, politieke en economische samenleving. Het begint met de geboorte van vader Dutalis in 1755 die het als wees schopte tot edelsmid en eindigt met het overlijden van Germain Dutalis' dement geworden kleinkind Oswald Dutalis. Laatstgenoemde vergezelde prinses Charlotte en Keizer Maxiliaan naar Mexico en beleefde er alle ellende van de wereld. Bij zijn terugkeer vertrok hij op initiatief van Leopold II op expeditie naar Afrika en ontmoette er zelfs Stanley. De man eindigde in Geel waar hij uiteindelijk in 1907 stierf. De familiale omstandigheden van edelsmid Joseph Germain Dutalis waren niet evenredig aan zijn succes als edelsmid en zakenman.
Zijn huwelijk met de protestantse Augusta Hooper liep uit op een scheiding van tafel en bed. Maar afgezien van al deze huiselijke perikelen bouwde hij een enorm fortuin op. In 1817 en in 1818 heeft hij een jaarlijkse omzet van 25.000 gulden. Maar de revolutie zorgt eventjes voor een dip van formaat: de omzet daalt spectaculair van 40.000 naar 7.000 gulden. Toch weet hij zich snel te herpakken en na het vertrek van de Hollanders floreren de zaken als tevoren. In 1844 zet hij zijn winkel aan de Brusselse Magdalenastraat stop en kan hij rustig rentenieren. Immers bezit Germain Dutalis talloze huizen en gronden, een patrimonium waarvan je vandaag de dag alleen maar kunt dromen.
Fusie met het Diamantmuseum?
Al geruime tijd is er sprake van een nakende fusie tussen het Zilvermuseum Sterckshof en het Diamantmuseum in Antwerpen. Als alles doorgaat kan in 2006 met de werkzaamheden worden begonnen. In Deurne is men evenwel niet happig op de geplande fusie. Men vreest voor identiteitsverlies en minder middelen . Ook vreest men dat de fusie een soort lifestyle-museum zal opleveren waarin wetenschappelijk onderzoek op het achterplan geraakt. De nieuwe gebouwen waarin het Sterckshof zal worden ondergebracht behoren toe aan de Antwerpse Zoo en zijn beschermd. Aan het interieur in art nouveau-stijl mag niet getornd worden. Bovendien krijgt het Zilvermuseum er minder ruimte tot zijn beschikking. Men vraagt zich in Deurne hardop af waarom het kasteeltje ineens niet meer goed is. Komt daar nog bij dat het Zilvermuseum zich niet alleen toelegt op juwelen maar op een veel groter segment van edelsmeedkunst. De tentoonstelling Dutalis bewijst dit eens te meer.