Gierende banden, kraaienpoten, sluikstokers, botersmokkelaars, cocaïneballetjes, namaak… Het museum belicht louche zaakjes aan de (vroegere) grenzen van ons ‘doorvoerlandje’ en richt zich op de werking van de diensten die daartegen optraden: douane en accijnzen. Achter ieder voorwerp, document en foto schuilt een verhaal: over inventieve geesten en speurneuzen, fraude en fraudebestrijding. Vaak zijn het anekdotes over kat-en-muisspelletjes tussen gelegenheidsmokkelaars en douaniers, maar er zijn ook verhalen van harde confrontaties met beroepsmisdadigers. Vooral de afdeling over smokkeltechnieken geniet veel bijval, maar ook tal van andere aspecten zijn zeer de moeite waard.
Lange tijd werden internationale treinreizigers niet gecontroleerd op de trein, maar moest je aan de grens (bv. in Essen) uitstappen voor een douanecontrole.