Behalve een indrukwekkend ‘middeleeuws’ kasteel in hartje Gent is het Gravensteen ook een museum met vervaarlijke trekjes. De historische wapencollectie uit de Bijloke werd naar hier overgebracht: met ivoor en parelmoer ingelegde pistolen, kruisbogen, strijdknotsen… De schitterende verzameling is goeddeels een legaat van de 19de-eeuwse industrieel Adolphe Neyt. Een geschikter kader dan dit is er niet. Pijnlijk aangrijpend is het gerechtsmuseum, met foltertuigen en gerechtsvoorwerpen: dwangtuigen uit de verdwenen Centrale Gevangenis maar ook uit het zwakzinnigengesticht voor mannen, werktuigen van de laatste beul van Gent (1861)… Het museum belicht vier thema’s: opsluiting, ‘zwakzinnigen’, pijniging en verhoor, executie.
Graaf Arnulf I de Grote liet omstreeks 937 een 'novum castellum' oprichten dat bestond uit verschillende houten constructies, waaronder een stapelhuis en een woongebouw. In de 11de eeuw is op dezelfde plaats een vrij grote rechthoekige zaal opgericht met dikke muren van onregmatige Doornikse klaksteen. Een deel van dat gebouw kan je bezoeken onder het 12de eeuwse donjon.
Het Gravensteen kreeg zijn huidige vorm in 1180 toen Filips en Diederick van den Elzas terugkwamen van de kruistochten en hier een kasteel naar het voorbeeld van de oosterse bruchten die ze gezien hadden wilden bouwen. In de 18de eeuw werd het gekocht om er een fabriek en arbeiderswoningen in te richten. Eind 19de eeuw kochten de stad en de staat het Gravensteen om het te restaureren. De huisjes tegen de muur werden onteigend en gesloopt net als alle aanbouwsels binnen het slot. De restauratie was klaar in 1913 aan de vooravond van de Wereldtentoonstelling te Gent.
Op de hoogste toren heb je een prachtig panoramisch zicht over Gent met de drie torens en de nieuwe en oude haven.
Het Gentse Gravensteen is erkend als een van de toeristische hefboomprojecten. Met de beschikbare fondsen moet het Gentse Gravensteen omgebouwd worden tot een time castle dat de geschiedenis tot leven wekt.