Nora De Poorter studeerde kunstgeschiedenis in Gent. Na haar studies kwam zij als bibliothecaris-documentalist en conservator in dienst bij de Stad Antwerpen om het Rubenianum verder uit te bouwen. Het belangrijkste werk, naast de uitgave van het Corpus, bestond uit aanvullen van de documentatie over Rubens, het bewerken en klasseren ervan. Het werk boeit haar – “Rubens is een figuur die met hoofd en schouders boven anderen uittorent” – , maar ze houdt ook van bepaalde werken van de Engelse en Duitse School, van Spilliaert, Van de Woestyne, 19de-eeuwse romantische literatuur en eigentijdse Engelstalige romans, van de schilderkunst van Velázquez, van allegorieën en emblemata, en vooral van grafiek. Haar interesse gaat duidelijk uit naar geschiedkundig inzicht, gebaseerd op betrouwbare bronnen. Ze zoekt het echte verleden in archieven en houdt van speurwerk als een detective, waarbij soms totaal onverwachte zaken opduiken. Einde 2006 ging ze met pensioen. Foto ©s3-eu-west-1.amazonaws.com