Het atelier in de Klokstraat te Berchem is nagenoeg leeg. Binnen enkele dagen verhuist Koen van den Broek naar een andere werkplek. Erg honkvast kan je hem niet noemen, hij reist erg veel.

Het atelier in de Klokstraat is in feite een industriële opslagruimte met een grote elektrische poort. Het is er op het moment van mijn komst redelijk kaal en ontdaan van alle persoonlijke ingrepen. Geen foto's aan de muur geprikt, geen schetsen te bespeuren, wel enkele foto's achteloos op een hoopje. En hier en daar een schilderij, meestal van groot formaat alhoewel dat niet echt opvalt in die behoorlijk grote ruimte.

Twee schilderijen trekken de aandacht. Ze geven een beeld van een stoeprand en het onderste deel van een boomstam met steunijzers. De beide werken zijn erg gelijkend en toch verschillen ze wezenlijk van mekaar. Het gaat duidelijk om een beeld van dezelfde plek, maar er is een lichte verschuiving van standpunt. Zo ontstaat er tussen de beide werken een interessante dialoog. In ons gesprek blijkt na enige tijd dat het hier om een site gaat die hij in Japan heeft waargenomen. Dat maakt het alleen maar intrigerender.

Koen van den Broek, Garage, 2002, olieverf op doek,

Koen van den Broek, Garage, 2002, olieverf op doek, 174 x 170 cm.

Ingrijpende contacten en eigen initiatief

Koen van den Broek is geboren in 1973 te Bree. Hij ging architectuur studeren aan de KU Leuven. Het was een studie die hem niet echt lag en hij besluit naar de Antwerpse Academie te gaan. Daar hield hij het twee jaar vol, men zag er voor hem niet echt een kunstenaarsrol weggelegd en raadde hem ten zeerste aan om het instituut in te ruilen voor een andere opleiding. Fred Bervoets is zowat de enige die gelooft in zijn artistieke mogelijkheden. Hij belandt uiteindelijk aan de academie van Breda en mag er na heel wat discussie aan het derde jaar beginnen. Hij slaagt niet, maar gaat wel over naar het vierde jaar waarin hij evenmin slaagt maar desalniettemin toch het diploma verwerft.

Hij bezit blijkbaar wel enige overtuigingskracht en weet zich aanvaard om verder te studeren aan het HISK (Hoger Instituut voor Schone Kunsten) dat een broeinest is van interessante figuren en coming people. Het Hoger Instituut is immers een uniek gegeven in Vlaanderen, de jonge kunstenaars hebben er een atelier en worden persoonlijk begeleid, ze worden geconfronteerd met tal van eminente gastdocenten uit de internationale kunstwereld. Kortom dit is een schitterende leerschool. Het is hier dat Van den Broek onder anderen Raoul De Keyser, Luc Tuymans en Jan Debbaut ontmoet, mensen met wie hij het uitstekend kan vinden. Hij laat het niet bij die ongemeen boeiende en ingrijpende contacten, hij neemt zelf ook initiatief en trekt nog tijdens zijn laatste jaar aan het HISK naar Amerika. Dankzij tussenkomst van Jan Debbaut ontmoet hij er John Baldessari, er ontstaat een blijvende vriendschap die zeer inspirerend werkt op de jongeman.

In 2001 is hij één van de gelauwerden in de Prijs Jonge Belgische Schilderkunst. Diezelfde winter van 2001-2002 heeft hij zijn eerste solotentoonstelling in de Londense galerie White Cube waar Jay Jopling hem met overtuiging aan het publiek voorstelt. Vergeten we niet dat de White Cube niet de eerste de beste galerie is maar bekende namen als bijvoorbeeld Jeff Wall, Elsworth Kelly, de gebroeders Chapman en vele anderen in haar 'stal' heeft.

Koen van den Broek, Mattress, 2003, olieverf op doek,

Koen van den Broek, Mattress, 2003, olieverf op doek, 190 x 145.5 cm.

Poëtische beelden

Daar waar hij zich in zijn beginperiode tot een adept van het minimalisme bekende, beseft hij dat dit voor hem een doodlopend straatje betekent. Hij wil evenwel blijven schilderen zonder in de anekdotiek en het epigonisme te vervallen. Hij gaat op reis om informatie te verzamelen, hij maakt foto's, veel foto's. Ze vormen, net als bij zoveel andere schilders van deze tijd, zijn werkmateriaal. Hij fotografeert niet dat wat wij als typisch zien voor een bepaald land of een bepaalde streek. Zeer integendeel richten zijn blik en zijn lenzen zich net naar die plekken die je om het even waar zou kunnen fotograferen. Exotisme is volkomen afwezig.

Hij maakt foto's van wegen, straten, stoepen, stoepranden, alledaagse dingen, maar niet wat je alledaagse foto's noemt. Vanuit die honderden, duizenden beelden selecteert hij zijn schilderonderwerpen. Zijn doeken respecteren de foto zoals hij ze gemaakt heeft, er wordt niets aan de afstelling veranderd.

Hij transponeert de foto op een groter formaat en de afmetingen zullen steeds exacte veelvouden zijn van die van de echte foto's. Sommige details worden weggelaten en er wordt met kleur gewerkt. Hier toont zich de echte schilder, de kunstenaar die met verf (of het weglaten ervan) een beeld creëert dat uw aandacht grijpt en vasthoudt. Want het mogen dan beelden van alledaagsheid zijn, ze overstijgen in hoge mate de banaliteit ervan.

Van den Broek is ook absoluut geen hyperrealist, zijn beelden zijn er te abstraherend en te poëtisch voor, en ook te vlak. Hier wordt niet gewerkt aan een illusie van diepte, integendeel wordt het vlak benadrukt. De huid van het schilderij is eerder spaarzaam maar adequaat met olieverf bewerkt, soms wordt het wit van het geprepareerde doek als medespeler in het geheel benut vanuit een doelbewuste keuze. Ik kan me perfect inbeelden waarom Raoul De Keyser - een kunstenaar die ik onder de groten reken - enkele jaren geleden Koen van den Broek aan het lezerspubliek van De Morgen heeft aanbevolen.

Koen van den Broek, Orange Border, 2001, olieverf op doek,

Koen van den Broek, Orange Border, 2001, olieverf op doek, 180 X 120 cm.

Matisse

Koen van den Broek gaat graag naar Los Angeles en San Francisco, het zijn plaatsen waar hij zich goed voelt, waar er nog een dynamische kunstscène is, in tegenstelling tot de meer gesettelde scène in New York, en waar hij ook zijn vriend Baldessari ontmoet om over kunst te discussiëren. Laten we niet vergeten dat deze laatste één van de hoofdfiguren is van de conceptuele kunst in Californië. Van den Broeks kunst wordt er ook erg gewaardeerd. Het Museum of Modern Art van San Francisco kocht enkele van zijn werken op de kunstbeurs te Basel.

Bij een bezoek aan het museum in San Francisco werd hij door één van de conservatoren onthaald. Ze vroeg hem zo langs haar neus weg welke kunstenaar voor hem het meest betekende. "What's your number one?" Hij antwoordde na een korte aarzeling - het is immers niet zo evident om een ranglijstje op te maken - dat zijn voorkeur naar Matisse ging. De conservator nam hem mee naar de lift. De deuren gingen open en daar hing een grote affiche van de tentoonstelling Matisse and beyond. Ze nam hem mee naar die tentoonstelling en toonde hem hoe ook zijn werk er een prominente plaats in had gevonden...

Koen van den Broek, Viaduct, 2002, olieverf op doek,

Koen van den Broek, Viaduct, 2002, olieverf op doek, 280x 420 cm.

Succes in het buitenland

Het is dan ook merkwaardig dat deze jonge kunstenaar zo'n successen kent in de Verenigde Staten en Groot-Brittannië en met zijn werken figureert in tal van openbare en privé collecties, terwijl hij in Vlaanderen pas de jongste tijd enige erkenning krijgt. Hij had een solotentoonstelling in het Provinciaal Centrum voor Beeldende Kunst te Hasselt in 2001 en onlangs in het Museum Dhondt-Dhaenens te Deurle.

Een tentoonstelling die overigens vergezeld werd door een interessante publicatie met een artikel van Dirk Lauwaert over zijn werk. Hierin blijft de auteur stilstaan bij het gebruik en de invloed van de fotografie, en ook van de film, in en op Van den Broeks werk. Langs de andere kant weigerde de Commissie voor Beeldende Kunst van de Vlaamse Gemeenschap hem een werkbeurs en liet hem dat weten via een zeer omstandige motivering. Hij heeft dus blijkbaar uitgesproken voor- en tegenstanders. Ik beken mij zonder aarzelen tot de voorstanders van dit ongemeen boeiend werk, getuigend van een grote maturiteit en klasse. Aarzel niet wanneer u zijn naam ziet opduiken om u met zijn werk te confronteren.

Praktische informatie

LINEART. De internationale kunstbeurs die jaarlijks een kwalitatief overzicht brengt van de internationale kunst van de 19de, 20ste en 21ste eeuw, vindt dit jaar plaats van 2 tot en met 6 december in de hoofdhal van Flanders Expo te Gent.

• Lineart biedt een staalkaart van het Belgische kunstlandschap, zonder daarbij het internationale karakter te verliezen.
• De beurs steunt op 4 pijlers: etnografische kunst, moderne kunst, fotografie (van antiquariaat tot en met de hedendaagse fotografie) en hedendaagse kunst.
• Lineart 2005 geeft een breed forum aan talrijke talentvolle, jonge Belgische kunstenaars. Zo is er de groepstentoonstelling van afgestudeerden aan het H.I.S.K., brengen de belangrijkste musea voor hedendaagse kunst individuele tentoonstellingen van o.a. Nico Dockx, Arno Roncada, Jef Gysen, Patrick Vanden Eynde, Sebastien Reuzé, Koen De Decker en Marcel Berlanger.
• De blikvanger, ter ondersteuning van jong talent, is The Fortis Young Ones Award. Deze publieksprijs bekroont vier kunstenaars, jonger dan 30 jaar, met een individuele tentoonstelling op de beursvloer. De vier laureaten zijn Vaast Colson, Louis De Cordier, Wesley Meuris en Kristof Van Gestel.

Download hier de pdf

Koen van de broek.pdf