In Antwerpen kan je opnieuw het monumentale Neptunus en Amphitrite bewonderen. Het werk van Jacob Jordaens onderging het voorbije jaar een broodnodige restauratie, maar is nu opnieuw publiek zichtbaar in het Rubenshuis.
Het Rubenshuis heeft zelf al enige restauratie achter de rug. De kunstenaar kocht het gebouw in 1610 en woonde er dertig jaar. Na zijn dood en die van zijn vrouw Helena Fourment onderging het Rubenshuis verschillende verbouwingen en geraakte het in de vergetelheid. Pas in 1937 kocht het stadsbestuur het in verval geraakte gebouw. Het museum opende in 1946, na een negen jaar durende restauratie.
In het Rubenshuis word je terug gekatapulteerd naar Rubens’ tijd. Niet alleen door het barokke gebouw, maar ook het gerestaureerde atelier en de charmante binnentuin – en de kunstcollectie, uiteraard.
Naast Rubens’ eigen werken zijn er ook een groot aantal werken uit Rubens’ omgeving te bekijken. Hij omringde zich met voorbeelden die hij bewonderde en probeerde na te volgen. Daarnaast was Rubens natuurlijk ook een zakenman die zijn collectie gebruikte als handelswaar. Rubens bezat in zijn tijd de grootste kunstcollectie van Antwerpen. Werken van onder meer Alexander Adriaenssen, Adriaen Brouwer en Jacob Jordaens waren te bewonderen in de imposante kunstkamer.