Men kan moeilijk beweren, dat onze negentiende-eeuwse schilderkunst de hedendaagse kunstliefhebber erg zou aanspreken. Uitzonderingen als Henri de Braekeleer en James Ensor niet te na genomen, wordt het merendeel der prominenten uit die eeuw, door tijdgenoten trots als nationale helden vereerd, thans bejegend met een onverschilligheid die, helaas, niet zelden gerechtvaardigd is. Alleen in kunsthistorische handboeken wordt hun aandenken bewaard, zij het meer als kunsthistorische curiosa dan als ware exponenten van onze schilderkunstige grootheid. Een haast algemeen misprijzen treft vooral onze Romantische School, die men gemeenlijk haar grootheidswaan, breedsprakerigheid en gebrek aan oorspronkelijkheid verwijt. Ondanks al de goede bedoelingen zijn onze romantici er inderdaad nooit in geslaagd aan het onafhankelijk België van na 1830 een volwaardige schilderkunst te schenken, die de glorie van de oud-Vlaamse school op Europees niveau kon evenaren.
Men meende nochtans het lichtende voorbeeld van een Rubens naar de kroon te steken, maar belandde slechts in het valse pathos en de gezwollen retoriek. Het programmatisch hoera-patriottisme waarin deze generatie haar heil zocht ontlokt ons slechts een verbaasde en wat meewarige glimlach. Een criticus noemde Leys eens 'een pelgrim van het verleden', en drukte er zijn verwondering over uit, dat iemand als hij, zo begiftigd met zin voor de realiteit, terzelfdertijd helemaal kon opgaan in de sfeer van lang vervlogen tijden. Inderdaad wist Leys, meditatief van aanleg en beschikkend over een indrukwekkende eruditie, als een nauwgezet archeoloog in zijn historische taferelen bestudeerde en ingeleefde reconstructies te geven van een verleden, dat in de sfeer van het toenmalig oud-Antwerpen nog als een tastbare werkelijkheid aanwezig was. Het hoeft dan ook niet te verwonderen, dat er, zelfs waar hij het portret schildert van zijn dochter, van deze ingesteldheid één en ander beklijft. Nagenoeg honderd jaar geleden, in 1865, schilderde Leys, enkele jaren voordien om zijn schilderkunstige verdiensten tot baron geadeld, en na op buitenlandse tentoonstellingen onderscheidingen te hebben behaald door zijn stadsgenoten gefêteerd, dit portret van zijn dochter Lucie.