Het schilderij De oude vismijn in 1882 van Edgard Farasyn, een stuk uit de collectie van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen, is recent behandeld in het restauratieatelier van het museum. Dit was meteen de aanleiding voor een diepgaand onderzoek naar het ontstaansproces van het schilderij.
Na een bezoek aan het Antwerpse Musée Moderne beschreef Vincent van Gogh in een brief aan zijn broer Theo enkele kunstwerken uit de collectie.Het pas aangekochte schilderij van Edgard Farasyn noemde hij ‘een groot geval van de oude Antwerpse vischmarkt.’ Het monumentale doek werd voor het eerst getoond op het Gentse Salon van 1883, en leverde de schilder prompt een gouden medaille op. Nadat het te zien was op de Wereldtentoonstelling van 1885 in Antwerpen, werd het door het museum aangekocht.
Met dit imposante salonstuk profileert de 25-jarige Farasyn zich als volwaardig kunstenaar. De evenwichtige en groots opgezette compositie geeft blijk van zijn meesterschap. De houten galerijen, rieten manden en verroeste zitbanken zijn overtuigend in de verf gezet. De personages zijn sterk geïndividualiseerd en tot in het kleinste detail uitgewerkt. De aandacht voor de verscheidene karakters en hun emoties geven het werk een menselijke dimensie.