Een statig negentiende-eeuws herenhuis, midden in de Matongewijk, biedt onderdak aan het Camille Lemonnier Museum. Men toont er het legaat van Marie Lemonnier, de dochter van Camille, aan de gemeente Elsene. Die omvat vele kunstwerken, boeken, manuscripten en meubels.
Een pareltje in Elsene - Museum Camille Lemonnier
Kunstcriticus en romanschrijver
Lemonnier werd in Elsene geboren in 1844 en overleed er in 1913. Op het einde van zijn leven verbleef hij vaak in Terhulpen. Maar hij woonde nooit in het herenhuis waar zijn nalatenschap terecht kwam. Het gaat hier om het huis van de familie Joly, die in de negentiende eeuw belangrijke posten in het leger en aan het hof bekleedde. Het is een typisch huis van de grote burgerij van toen. De omgeving is veranderd, vroeger stond daar de bekende porseleinmanufactuur Faber, naast de industriële bakkerij La Boulangerie Wetterenoise. Er was toen een mix van burgerwoningen en industrie in de wijk.
Zonder echt rijk te zijn kon Lemonnier, dank zij een erfenis, leven als schrijver. Met zijn studie wou het maar niet vlotten. Als hij over zijn jeugd schrijft, komen vooral zijn zwerftochten in het Zoniënwoud ter sprake. Daarna werkte hij mee aan verschillende tijdschriften in Brussel en Parijs, publiceerde verslagen van de salons in die twee steden, een boek over België, monografieën over Belgische en Franse kunstenaars en belangrijke overzichtswerken zoals L'Ecole Belge de Peinture 1830-1905. Lemonnier was niet alleen een van de belangrijkste kunstcritici van zijn tijd, hij maakte ook indruk met een uitgebreid literair oeuvre, vooral romans. Hij schreef alleen in het Frans, maar was zoals vele van zijn collega's (Verhaeren, Maeterlinck, De Molder, Van Lerberghe, Eeckhoud, G. Rodenbach, e.a.) met als grote voorbeeld Charles De Coster, beïnvloed door de Vlaamse traditie en kunst. Lemonnier had Franstalige ouders maar hij werd door omstandigheden opgevoed door een Vlaamse grootmoeder, afkomstig uit Sint-Job in Ukkel, die hem 's avonds Vlaamse legenden vertelde of voorlas.
Geen grotere schilders dan de Vlaamse
In zijn romans komen vaak actuele sociale onderwerpen aan bod - hij is een 'naturalistisch' schrijver - en meer dan eens leidt dat tot processen, slechts eenmaal tot een veroordeling. Het gebeurt dat de beroemde Edmond Picard hem verdedigt. Picard had in zijn herenhuis dicht bij het Louizaplein een galerie voor hedendaagse kunstenaars.
Lemonnier was een zeer productief schrijver. In 1903 wordt hij gehuldigd bij het verschijnen van zijn vijftigste boek. Vele kunstenaars maken dan een boekversiering voor een van die delen. Hij overleed in 1913. Na de oorlog kreeg Lemonnier een monument op het Louizaplein (nu in de tuin van Terkamere, architect: Victor Horta en beeldhouwer: Pierre Bracke) en een in Terhulpen, waar hij lang verbleef. Zijn werk geraakte uit de belangstelling en zo ook zijn niet geringe bijdrage aan de kunstkritiek, voornamelijk over Belgische en Franse tijdgenoten. Hij schreef boeken over Gustave Courbet, Constantin Meunier, Marie Collart, Henri de Braekeleer, Alfred Stevens en Félicien Rops.
Voor een van zijn meest bekende werken La Belgique (1888) deed hij, voor de ilustraties, een beroep op 42 kunstenaars, waarbij Khnopff, Meunier, die zo het 'pays noir' (een formule van Lemonnier) ontdekte, Mellery, Emile Claus enz. Met deze laatste had Lemonnier goede contacten. Hij verbleef herhaaldelijk een paar weken in de zomer bij Claus in Astene en schreef daar in de tuin o.a. zijn boek over zijn Vlaamse roots, Le Vent dans les Moulins. Lemonnier poneerde in L'Ecole belge de Peinture 1830-1905: "Il n'est point de plus grands peintres que les peintres flamands."
Kunstverzameling
De kunstverzameling van Lemonnier, zoals die nu te zien is, weerspiegelt al die contacten met kunstenaars. In het salon op het gelijkvloers ziet u vijf impressionistische werken van Juliette Trullemans, bekend als Wytsman, na haar huwelijk met Rodolphe Wytsman. Zij schilderde vaak tussen Linkebeek en Terhulpen - een streek die Lemonnier nauw aan het hart lag. Van Rodolphe zelf ziet u een werk boven, in de zaal voor de werkkamer. Van meer kunsthistorisch belang zijn twee kleine werkjes van Theo Van Rysselberghe (Marokkaans tentenkamp) en Dario de Regoyos (strand). Van Heymans is er een prachtig, haast monochroom Polderlandschap.
De portretten van Camille Lemonnier nemen heel wat plaats in: een groot portret door Emile Claus, in luministische stijl. Een ander, kleiner, in een krachtig en fleurig realisme van Guillaume Van Strydonck, een schilder die ook in de Verenigde Staten en Indië gewerkt heeft en zeer gewaardeerd werd door de grote verzamelaar Henri Van Cutsem. Daarnaast is er een buste door Jef Lambeaux. In de werkkamer nog een portrettekening van Van Rysselberghe.
Foto's met vrienden kunstenaars, prachtig geïllustreerde boeken en de sfeer van de antiburgerlijke Belle Epoque geven dit museum een aparte sfeer. Het is een verborgen schat. De conservator, professor Emile Kesteman - hij gaf als beginnend leraar nog les aan Herman Van Rompuy - geeft het museum een sociale dimensie door schrijfateliers te organiseren voor belangstellenden uit de Matongewijk. Voor wanneer een Camille Lemonnier aan de Congostroom?
Praktische informatie
CamilIe Lemonnier Museum. Open: maandag tot vrijdag van 14 tot 17 uur - Waversesteenweg 150, 1050 Elsene - Tel. 02 512 29 68