In de reeks [ART]IFICIEEL duiken we in de wonderlijke wereld van artificiële intelligentie. Hoe verhoudt die zich tot kunst? Wat zijn de uitdagingen? Wat zijn de gevaren? En beter nog: wat zijn de oneindige mogelijkheden? In deze aflevering onderzoekt redacteur Nele Creemers wat we kunnen leren van bijen, van Bruegel de Oude tot Pierre Huyghe.

[ART]IFICIEEL ALS JE WEET WAAR DE SCHAT IS, KAN JE HEM ROVEN

Bruegel de Oude, De imkers (1555), Staatliche Museen zu Berlin, Kupferstichkabinett Foto: Publiek Domein

Ken je De imkers (1555) van Bruegel de Oude? Drie griezelige figuren kijken in het rond. De rieten kokers die hun gezicht beschermen tegen stekende bijen zien er haast onmenselijk uit. Ze zijn naar iets op zoek, naar de bijen die in de korven horen te zitten. Op de achtergrond klautert een jongen de boom in en vangt de bijen een voor een. Als je weet waar de schat is, kan je hem roven.

Het hoofd in de bijenwolken

In de tuin van het Young Museum in San Fransisco hurkt een vrouwelijk naakt. Ze staart naar de zanderige grond. Met haar handen voelt ze de textuur van de aarde. Ze gaat op in een landschap van weelderige planten. Haar achterhoofd valt nog net te onderscheiden. Bijen bouwen een kolossaal huis rond haar hoofd. Het doet ons haast denken aan De imkers van Bruegel. Met haar rug naar ons gekeerd, moeten we in stilte toekijken om haar niet te storen. In de betonnen sculptuur en de levende bijenkolonie is artificiële intelligentie wel heel ver weg, zou je denken. Maar met Exomind (Deep Water), dit multimediale werk, onderzoekt Pierre Huyghe hoe zelfgenererende systemen werken, wat AI in principe is. Hij stelt de scheiding tussen mens, dier en machine in vraag en verzet zich tegen hiërarchische systemen. Hij haalt de mens van zijn voetstuk door de bijen de omgeving te laten domineren.

[ART]IFICIEEL ALS JE WEET WAAR DE SCHAT IS, KAN JE HEM ROVEN

De honingbij (Apis Mellifera) Foto: Publiek Domein, Sam Droege

Een sociaal bijtje

Bijen omgeven haar hoofd. Hun intelligentie wordt een deel van de menselijke figuur. De manier waarop de bijen werken helpt ons om te begrijpen hoe intelligentie werkt die anders is dan die van de mens. Het gedrag van wilde bijen en honingbijen is altijd hetzelfde gebleven, ondanks de evolutie en onze pogingen om ze de domesticeren. Zo zijn honingbijen onafhankelijk van een imker of een boer, omdat zij zelf zorgen voor de voortplanting en het huishouden. Een bijenvolk is een eenheid. Individualiteit is irrelevant, het individu bestaat niet. De honingbij is uiterst sociaal, de beslissingen gebeuren vanuit de gemeenschap, zoals bijvoorbeeld de temperatuurregeling in het nest. Verder zijn het dansen, de communicatie, de taakverdeling en de voedselvoorziening taken die het bijenvolk volbrengt als één entiteit, volledig afgestemd op elkaar. In Exomind is het menselijke lichaam een instrument voor de intelligente bij.

[ART]IFICIEEL ALS JE WEET WAAR DE SCHAT IS, KAN JE HEM ROVEN

Zwermende spreeuwen domineren het landschap Foto: Jams Wainscoat

Mimesis van het slimme zwermen

Ook bij artificiële intelligentie wordt swarm intelligence toegepast. Het idee kent zijn oorsprong in de biologie en is van groot belang in de studie naar intelligente computersystemen. Het gaat over collectieve intelligentie: individuen die in een groep samenwerken om een gemeenschappelijke doelstelling te bekomen. In de natuur wordt dit waargenomen bij vissen, termieten, vogels, vleermuizen, mieren en bijen. Voor collectieve intelligentie is organisatie en taakverdeling cruciaal. Swarm Intelligence als onderdeel van artificiële intelligentie bouwt voort op het gedrag van die sociale beestjes. Vaak is het individu niet gesofisticeerd, maar in samenwerking kan de groep complexe taken verrichten. Bijen lokaliseren zo bijvoorbeeld voedselbronnen. Wanneer ze die gevonden hebben, delen ze dit mee aan andere bijen door te dansen. Dit is geen aangeleerd gedrag, maar aangeboren.

[ART]IFICIEEL ALS JE WEET WAAR DE SCHAT IS, KAN JE HEM ROVEN

Pierre Huyghe, Exomind (Deep Water), 2017-2024 Foto: Esther Schipper

Mensen ontbreken die vorm van intelligentie. Maar zoals Bruegel de Oude toonde bij zijn imkers, ‘als je weet waar de schat is, kan je hem roven’.  De mensheid heeft van nature niet die collectieve intelligentie, maar vond iets handigs uit dat daar dichtbij in de buurt komt: Artificial Swarm Intelligence. Onderzoekers noemen dit ook human swarms of hive minds. Hiermee kunnen we op een ander niveau werken en communiceren. Op basis van artificiële zwermintelligentie kunnen we kennis bundelen en zoeken naar betere oplossingen, bijvoorbeeld door de kennis van aparte dokters te bundelen in een artificieel systeem. Wetenschappelijk onderzoek toont dat zo’n systeem betere diagnosen kan stellen dan een individuele dokter.

[ART]IFICIEEL

De natuur als muze

Zwermende organismen zijn een referentiepunt bij artificiële intelligentie. Wetenschappers ontlenen elementen uit de natuur om die systemen te verbeteren. Zo overstijgen ze de limieten van menselijke intelligentie door de natuur en de manier waarop andere wezens leven, te verkennen en observeren. Onderzoek naar hoe bijen communiceren, was een belangrijke schakel naar artificiële intelligentie. Klinkt dat allemaal wat technisch? Daarom hebben we kunstenaars als Pierre Huyghe. Kunst stelt ons in staat om complexe zaken te begrijpen. Door werken zoals Exomind verstaan we ze beter. De bijen, de sculptuur uit beton, de aanraking met de grond en de wisselwerking met de omgeving, zijn de kern van dit systeem. De bijen zijn de meest fundamentele schakel. Ze leven zowel in de menselijke sculptuur als in de natuurlijke omgeving. De bijenkolonie in Exomind vormt de verbinding tussen menselijke en niet-menselijke intelligentie.

Dit artikel is deel van de reeks [ART]IFICIEEL.